rokkend aan de accucellen. De
vaakst voorkomende oorzaak voor
diepe ontlading van accupacks is
het langdurig opbergen of niet-ge-
bruik van gedeeltelijk ontladen
accu's. Stop met de accu te werken
zodra de capaciteit duidelijk ach-
teruitgaat of als de veiligheidselek-
tronica reageert. Berg de accu pas
nadat hij helemaal opgeladen is.
8. Accu's of het toestel bescher-
men tegen overbelasting! Over-
belasting leidt snel tot oververhitting
en beschadiging van de cellen bin-
nen in het accuhuis zonder dat men
de oververhitting buiten waarneemt.
9. Vermijd beschadigingen en sto-
ten!
Vervang onmiddellijk elke accu die
per ongeluk vanaf een hoogte van
meer dan één meter naar beneden
is gevallen of die blootgesteld was
aan hevige stoten ook al is het huis
van de accupack blijkbaar onbe-
schadigd. De accucellen binnenin
kunnen ernstige schade hebben
opgelopen. Gelieve hieromtrent ook
de informatie omtrent de verwijde-
ring van afgedankte accu's in acht
te nemen.
10. Bij overbelasting en oververhitting
wordt het toestel om veiligheidsre-
denen uitgeschakeld door de geïn-
tegreerde veiligheidsuitschakeling.
Let op! Bedien niet meer de AAN/
UIT-schakelaar als de veiligheids-
uitschakeling het toestel heeft uit-
geschakeld. Daardoor kan schade
aan de accu worden berokkend.
11. Gebruik enkel originele accu's. Het
gebruik van andere accu's kan lei-
den tot letsel, explosie en brandge-
vaar.
TCAS_12_Li_EX_NL_SPK7.indb 10
TCAS_12_Li_EX_NL_SPK7.indb 10
NL
Aanwijzingen omtrent het laadtoe-
stel en het laden
1. Neem de gegevens in acht die ver-
meld staan op het kenplaatje van
de lader. Sluit de lader enkel aan
op de netspanning vermeld op het
kenplaatje.
2. Bescherm de lader en de kabel
tegen beschadiging en scherpe
kanten. Beschadigde kabels dienen
onmiddellijk door een elektrovak-
man te worden vervangen.
3. Laadtoestel, accu's en accutoestel
buiten bereik van kinderen houden.
4. Geen beschadigde laadtoestellen
gebruiken.
5. Gebruik de bijgeleverde lader niet
voor het laden van andere accutoe-
stellen.
6. Bij een fl inke belasting wordt de
accupack warm. Laat de accupack
voor begin van de laadbeurt afkoe-
len op kamertemperatuur.
7. Accu's niet overladen!
Neem de maximale laadtijden in
acht. Deze laadtijden gelden alleen
voor ontladen accu's. Herhaalde-
lijk insteken van een geladen of
gedeeltelijk geladen accu heeft
overlading en beschadiging van de
cellen tot gevolg. Accu's niet meer-
dere dagen in het laadtoestel laten
zitten.
8. Gebruik en laad nooit accu's
waarvan u vermoedt dat de laat-
ste oplading van de accu langer
dan 12 maanden geleden is. De
accu is dan hoogstwaarschijnlijk
reeds beschadigd (diepe ontla-
ding).
9. Laden bij een temperatuur van
onder 10° C leidt tot chemische be-
schadiging van de cel en kan brand
veroorzaken.
- 10 -
22.10.14 09:31
22.10.14 09:31