BenQ DC 5530 Gebruiksaanwijzing
Item
Optie
AF-veld
Meerdere
Punt
Continu
Focus limiet Aan
Uit
AF hulplicht Aan
Uit
Automatische
Meerdere
belichting
segmenten
Centraal
gewogen
Punt
Gevoeligheid
Auto
64
100
200
400
Belichtingscorre
ctie
Opnamepixels 640 (640x480)
320 (320x240)
Kwaliteitsniv
Best
eau.
Beter
Goed
Video
Uit
Interval
X2
X5
X10
X15
X30
Video
Aan
antibeweeg
Uit
Digitale zoom
Functionele beschrijving
Hiermee kunt u het automatisch scherpstelbereik wijzigen.
[Meerdere]: De camera meet een breed bereik in het midden van het
beeldscherm (binnen het scherpstelbereik) en stelt scherp op het meest
nabijgelegen onderwerp.
[Punt]: De camera meet een klein bereik in het midden van het beeldscherm
(puntscherpstelbereik) zodat u gemakkelijker kunt scherpstellen op een
specifiek onderwerp.
[Continu]: De camera blijft voortdurende scherpstellen op een opgegeven
onderwerp terwijl het LCD-scherm is ingeschakeld.
Voor het beperken van het bewegingsbereik van de lens in overeenstemming
met de opnameomstandigheden.
Voor het scherpstellen met het AF hulplicht wanneer het onderwerp vaag is en
de automatische scherpstelling moeilijk verloopt.
Voor het instelling van de meetmethode om de belichting vast te stellen.
[Meerdere segmenten]: De belichting wordt vastgesteld door het volledige
scherm.
[Centraal gewogen]: De belichting wordt hoofdzakelijk vastgesteld door het
midden van het scherm.
[Punt]: De belichting wordt alleen vastgesteld door het kleine bereik in het
midden van het scherm.
De gevoeligheid instellen.
Wanneer de optie is ingesteld op [Auto], wordt de gevoeligheid automatisch
ingesteld binnen het bereik van 50 tot 200.
Hoe lager de gevoeligheid (de lagere waarden), hoe scherper de opname en hoe
minder ruis. De sluitertijd zal langzamer zijn in zwakke
belichtingsomstandigheden.
Hoe hoger de gevoeligheid (de hogere waarden), hoe sneller de sluitertijd in
zwakke belichtingsomstandigheden om het schudden van de camera te
vermijden. De opname kan echter wel ruis vertonen.
U kunt 800 selecteren voor de Gevoeligheid in de stand Kaarslicht.
Voor het aanpassen van de belichting tussen –2.0 and +2.0.
Om de opname helderder te maken, stelt u een positieve (+) waarde in. Om de
opname donkerder te maken, stelt u een negatieve (-) waarde in.
U kunt de instelling voor de belichting selecteren binnen het bereik van –2.0
EV tot +2.0 EV in stappen van 1/3 EV.
De opnamepixels voor de video selecteren.
[640 (640x480)]: Hiermee kunt u video's op VGA-formaat met hoge kwaliteit
weergeven. De opnameduur is korter.
[320 (320x240)]: De bestandsgrootte is klein en de opnameduur is langer.
Het kwaliteitsniveau van de video selecteren.
De instelling video-interval voor de video definiëren. Met deze stand kunt u
video's opnemen met een vertraagde beeldsnelheid zodat het bij het afspelen
van de video lijkt alsof de actie werd versneld.
Uit (X1) is de normale instelling voor video's (ongeveer 30 beelden per
seconde). Telkens wanneer X2 of X5 wordt geselecteerd, wordt het aantal
beelden dat per seconde wordt opgenomen verminderd tot 1/2 of 1/5.
Aangezien video's normaal worden afgespeeld met een snelheid van ca. 30
beelden per seconde, zal het bij films die met X2 zijn opgenomen lijken alsof ze
aan het dubbel van de normale snelheid worden afgespeeld. Wanneer de
video's met X5 zijn opgenomen, lijkt het alsof ze 5x sneller dan de normale
snelheid worden afgespeeld.
Geluid kan niet worden opgenomen.
Hiermee wordt het schudden van de camera bij het maken van de video
automatisch gecompenseerd.
Foto's met de digitale zoom maken
De DC X600 gebruiken
27