In het voorbeeld worden de beide klankkleuren GRAND PIANO 1
en STRINGS voor de layer-modus gebruikt. GRAND PIANO 1
heeft intern nummer 1, STRINGS nummer 11. De klankkleur met
de kleinste waarde geldt intern als stem 1 (in dit geval GRAND
PIANO 1), de klankkleur met de hoogste waarde als stem 2 (in dit
geval STRINGS).
Wordt u bewust van de volgorde van de stemmen
voor uw gekozen klankkleurcombinatie en let er
telkens op voor welke stem u de volgende
instellingen uitvoert.
Voor de instelling van de volgende functies dient
u al een layer-combinatie uit twee klankkleuren
gevormd te hebben (zie hfdst. 5.1).
6.3.1 Geluidsvolumeverhouding
Met deze functie kunt u de geluidsvolumeverhouding van de
gekozen klankkleuren veranderen.
Voor deze functie dient u de EDIT-modus te
gebruiken (zie hfdst. 6.1) en de volgende functie
op te roepen.
E3. 1
Functie:
0 20
Waarde:
Beschrijving:
10:
Gelijk geluidsvolume van stem 1 en stem 2
<10:
Stem 2 harder dan stem 1
>10:
Stem 1 harder dan stem 2
6.3.2 Ontstemming
Met deze functie kunt u de gekozen klankkleuren minimaal
tegenover elkaar ontstemmen.
Voor deze functie dient u de EDIT-modus te
gebruiken (zie hfdst. 6.1) en de volgende functie
op te roepen.
E3. 2
Functie:
-10 10
Waarde:
Beschrijving:
0:
Gelijke toonhoogte van stem 1 en stem 2
<0:
Stem 2 hoger dan stem 1
>0:
Stem 1 hoger dan stem 2
6.3.3 Transponering
Met deze functie kunt u de gekozen klankleuren een octaaf naar
beneden of naar boven transponeren. Afhankelijk van de
combinatie van de klankleuren kan zo'n transponering de klank
homogener maken.
Voor deze functie dient u de EDIT-modus te
gebruiken (zie hfdst. 6.1) en de volgende functie
op te roepen.
E3. 3 (Octaaftransponering stem 1)
Functie:
E3. 4 (Octaaftransponering stem 2)
-1 1
Waarde:
EUROGRAND EG540/1040
Beschrijving:
0:
Geen transponering
-1:
Transponering van een octaaf naar beneden
1:
Transponering van een octaaf naar boven
Met deze functie kunt u het aandeel van het effect van het
modulatie-effect voor de gekozen klankkleuren veranderen.
Voor deze functie dient u de EDIT-modus te
gebruiken (zie hfdst. 6.1) en de volgende functie
op te roepen.
Functie:
Waarde:
Beschrijving:
1 20: Sterkte van het aandeel van het effect (fabrieksinstelling)
0:
Geen aandeel van het effect
Met deze functie kunt u alle instellingen, die u voor de layer-
modus hebt ingesteld, terugzetten.
Voor deze functie dient u de EDIT-modus te
gebruiken (zie hfdst. 6.1) en de volgende functie
op te roepen.
Functie:
Waarde:
Beschrijving:
Om de functie uit te voeren dient u op de +/YES-knop te drukken.
De EG540/1040 beschikt over een ingebouwde metronoom, die
u als oefenhulp of voor het opnemen van noten in de interne
muziek-sequencer kunt gebruiken.
In het volgende wordt uitgelegd, hoe u de metronoom gebruikt:
1) Druk op de METRONOME-knop om de metronoom te starten
en te stoppen.
De maatslag wordt door knipperende punten in het display
getoond. Het gelijktijdig oplichten van alle punten toont het begin
van de maat.
2) Druk zo vaak op de SELECT-knop in de TEMPO/EDIT MODE-
sectie, totdat de TEMPO-LED oplicht.
6. UITGEBREIDE BEDIENING
6.3.4 Aandeel effect
E3. 5 (aandeel effect stem 1)
E3. 6 (aandeel effect stem 2)
0
20
6.3.5 Terugzetten
E3. 7
-
6.4 Metronoom gebruiken
11