Download Print deze pagina

CALEFFI SATK30 Series Instructies Voor Installatie En Onderhoud pagina 4

Advertenties

Installatie
De distributie-unit serie SATK is bestemd voor installatie in een
beschermde woonomgeving (of vergelijkbaar) en kan dus niet
buitenshuis (dat wil zeggen in omgevingen die rechtstreeks
blootgesteld zijn aan weersinvloeden) worden geïnstalleerd of
gebruikt. Installatie buitenshuis kan storingen en gevaar
veroorzaken.
Indien het apparaat in of tussen meubels wordt geplaatst, moet er
voldoende ruimte zijn voor het uitvoeren van periodiek onderhoud.
Het wordt aangeraden geen elektrische apparatuur onder de
distributie-unit te plaatsen, omdat deze apparatuur beschadigd
kan raken wanneer de veiligheidsklep in werking treedt als deze
niet op de juiste wijze op een overlooptrechter is aangesloten, of
wanneer er lekkage optreedt in de hydraulische verbindingen. Als
dit advies niet wordt opgevolgd, is de fabrikant niet aansprakelijk
voor eventuele schade die daaruit voortvloeit.
Ingeval van storingen, defecten of onjuiste werking moet het
apparaat worden uitgeschakeld en moet het probleem worden
opgelost door een gekwalificeerde monteur.
Voorbereiding
Bepaal waar het apparaat moet worden geïnstalleerd en voer
vervolgens de volgende werkzaamheden uit:
· Markeer de gaten voor bevestiging van de distributie-unit op de wand
· Markeer de positie van de hydraulische aansluitingen
Controleer nogmaals de afmetingen en leg vervolgens de volgende
leidingen aan:
• Hydraulisch:
1. aansluiting op de centrale leiding
2. aansluiting op het verwarmingscircuit
3. aansluiting op het sanitaire watercircuit
4. aansluiting van de afvoer van de veiligheidsklep en
terugstroombeveiliging vulgroep
• Elektrisch:
1. netvoeding 230 V (ac) – 50 Hz
2. kabel klokthermostaat/thermostaat (potentiaalvrij)
3. centrale busleiding voor overdracht van gegevens warmtemeter
(indien vereist)
4. centrale voeding voor warmtemeter (indien vereist)
Voorafgaand aan de installatie wordt aangeraden om alle leidingen
van het systeem zorgvuldig te spoelen, om eventuele afzettingen of
onzuiverheden te verwijderen die de werking van de distributie-unit
zouden kunnen beïnvloeden.
Bevestig de distributie-unit aan de wand.
NB: de muurpluggen (niet meegeleverd) kunnen alleen voldoende
draagkracht bieden als ze op de juiste wijze (volgens de juiste
technische gebruiksprocedures) worden geplaatst in wanden die
gebouwd zijn van massieve of semi-massieve bakstenen. Bij
wanden
van
holle
bakstenen
scheidingswanden of gemetselde muren anders dan de genoemde
muurtypen, moet de stabiliteit van de draagconstructie vooraf
worden
Elektrische aansluitingen
Controleer of het elektrische systeem geschikt is voor het maximale
vermogen dat door het apparaat wordt opgenomen en zorg er met
name voor dat de kabels een geschikte doorsnede hebben.
Laat bij twijfel het elektrische systeem nauwkeurig controleren door
gekwalificeerd personeel.
De elektrische veiligheid van het apparaat kan alleen worden
bereikt wanneer het correct is aangesloten op een effectief
aardingssysteem dat is opgebouwd zoals voorzien in de geldende
veiligheidsvoorschriften. Het is belangrijk dat deze fundamentele
veiligheidsvereiste wordt nageleefd.
of
blokken,
verplaatsbare
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Het apparaat wordt compleet met voedingskabel (zonder stekker)
geleverd.
Het apparaat moet elektrisch worden aangesloten op netvoeding
230 V (ac) enkelfasig + aarding met behulp van de drieaderige
kabel die gemarkeerd is met het label dat hieronder is
weergegeven. Houd daarbij de polariteiten FASE (L) - NEUTRAAL
(N) en de aarding aan. Deze leiding moet worden aangesloten op
een automatische zekering.
Warmtemeter installeren
De distributie-unit is geschikt voor het plaatsen van een
compacte warmtemeter (geïntegreerde retoursensor) met 1"
schroefdraadaansluitingen en een breedte van 130 mm.
Voer voordat u onderhoud pleegt, reparaties verricht of onderdelen
vervangt altijd de volgende handelingen uit:
- sluit de netvoeding af
- verwijder de behuizing
- sluit de afsluiters
- tap de distributie-unit af met behulp van de daarvoor bestemde
aftapkranen
- verwijder het aansluitstuk (A)
- verwijder de dop (B)
- installeer de debietmeter op de retourleiding
- installeer de aanvoersensor in de M10-dompelbuis (B).
Raadpleeg voor meer informatie de technische gegevensbladen
van de warmtemeter.
B
4
A

Advertenties

loading