FCC-regelgeving
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften. De werking is onderworpen aan de volgende
twee voorwaarden:
(1) Het apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2) het apparaat moet iedere
interferentie ontvangen, inclusief interferentie met mogelijk ongewenste werking als gevolg.
Dit apparaat is getest en voldoet aan de normen voor een digitaal apparaat van klasse B, overeenkomstig
deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze grenswaarden werden opgesteld om te zorgen voor een redelijke
bescherming tegen schadelijke interferentie in een residentiële installatie. Dit apparaat genereert,
gebruikt en kan hoogfrequente energie uitstralen en kan, indien niet geïnstalleerd en gebruikt in
overeenstemming met de aanwijzingen, schadelijke storing veroorzaken in de radiocommunicatie.
Er is echter geen garantie dat zich in een bepaalde installatie geen interferentie zal voordoen. Als
dit apparaat schadelijke storing veroorzaakt aan radio- of televisieontvangst, hetgeen kan worden
vastgesteld door het apparaat uit en aan te zetten, wordt de gebruiker aangemoedigd om te proberen de
storing te verhelpen door een of meer van de volgende maatregelen:
• Verander de richting of plaats de ontvangstantenne.
• Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger.
• Sluit de apparatuur aan op een stopcontact van een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is
aangesloten.
• Raadpleeg de dealer of een ervaren radio/tv-technicus voor hulp.
FCC-opmerking:
Pas op: Veranderingen of wijzigingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is
voor naleving, kunnen gevolgen hebben voor de bevoegdheid van gebruiker om het apparaat te gebruiken.
RF-blootstellingsinformatie (SAR)
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd om de emissiegrenzen voor blootstelling aan radiofrequentie
(RF) energie, zoals vastgesteld door de Federal Communications Commission van de Verenigde Staten,
niet te overschrijden.
Tijdens de SAR-tests werd dit apparaat ingesteld op het hoogste gecertificeerde vermogensniveau
in alle geteste frequentiebanden, en geplaatst in posities die RF-blootstelling dichtbij het lichaam
simuleren met een afstand van 5 mm. Hoewel de SAR wordt bepaald op het hoogste gecertificeerde
vermogensniveau, kan het werkelijke SAR-niveau van het apparaat tijdens de werking veel lager zijn dan
de maximumwaarde. Het apparaat is namelijk ontworpen om op meerdere vermogensniveaus te werken,
zodat alleen het vermogen wordt gebruikt dat nodig is om het netwerk te bereiken.
De blootstellingsnorm voor draadloze apparaten die gebruik maken van een meeteenheid staat bekend
als de Specific Absorption Rate, of SAR.
De door de FCC vastgestelde SAR-limiet is 1,6 W/kg.
Dit apparaat voldoet aan de SAR-limieten voor algemene bevolking/ongecontroleerde blootstelling in
ANSI/IEEE C95.1-1992 en is getest overeenkomstig de in IEEE1528 gespecificeerde meetmethoden en
-procedures. De FCC heeft een apparatuurvergunning verleend voor dit apparaat met alle gemelde
SAR-niveaus geëvalueerd als zijnde in overeenstemming met de RF-blootstellingsrichtlijnen van de FCC.
SAR-informatie over dit apparaat is opgeslagen bij de FCC en is te vinden in de sectie Display Grant van
www.fcc.gov/oet/ea/fccid na zoeken op FCC ID: ZL5BM3A01.
De hoogste gemelde SAR-waarden onder de FCC-regelgeving voor het apparaat staan hieronder
vermeld:
Lichaams-SAR: 1,42 W/kg
motorola defy satellite link
12