Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

SOLIS 4G Series Installatie- En Bedieningshandleiding pagina 11

Inhoudsopgave

Advertenties

5.Installatie
5.3.3
Sluit de fotovoltaïsche zijde van de omvormer aan
Voor alle wisselstroomaansluitingen is een kabel van 6-16 mm², YJV-0,6/1KV vereist. Zorg ervoor dat de
weerstand van de kabel lager is dan 1,50hm. Als de draad langer is dan 20 meter, heeft dit de voorkeur over een
kabel van 10-16mm² .
Interne van wisselstroomconnector geeft "L1", "L2", "L3", "N" en "PE" vijf verbindingspoorten
aan (zie afbeelding 5.21). Drie spanningvoerende draden zijn respectievelijk verbonden met
de "L1"-, "L2"- en "L3"-klemmen; aardedraad verbindt "PE"; neutrale draad verbindt "N" -
aansluiting:
A
B
Afbeelding 5.19 Wisselstroomconnector
Aantal
Omschrijving
Kunststof armatuur (hulpinstallatie)
Accessoire
Mofelement
Adapter
Afdichtring (dik) geschikt voor kabel van 12-18 mm
AC
*
connectoren
Afdichtring
Afdichtring (dun) geschikt voor kabel van 16-21 mm
Klemkorf
Wartelmoer
*De combinatie van wisselstroomconnectoren heeft twee afdichtringen, raadpleeg de verschillende
kabeldiameters en selecteer de bijbehorende afdichtring.
Buitendiameters
Doorsnede
13~25 mm
6~16 mm²
70 mm
x
60 mm
x = 9 mm
Afbeelding 5.20 Gestripte en ontblote draad
.18.
C
D
E
L2
L1
PE
L1
L2
L3
N
PE
Afbeelding 5.21 Interne structuur van
wisselstroomconnector
De stappen van wisselstroomklemconnector voor installatie zijn als volgt:
A)
De isolatiehuls van de kabel gestript over een afstand van 70 mm, zodat de ontblote connector met koperen
kern 9 mm reikt. Kabel door moer en huls van het contactdooselement, de corresponderende klemmen erin
steken en vastdraaien met een inbussleutel (zie afbeelding 5.22). Koppel is 1,8-2,0 Nm.
F
B)
Klem de plastic houder (extra vastdraaien) in het element, draai de adapter vast in het mofelement
en draai de wartelmoer vast met een koppel van 3-4 Nm (zie afbeelding 5.23).
C)
Verbind de wisselstroomconnector met de omvormer en draai de wisselstroomconnector vervolgens
rechtsom vast (zie afbeelding 5.24), totdat u een zacht klikgeluid hoort dat aangeeft dat de verbinding is gelukt.
L3
N
Afbeelding 5.22 Aangesloten kabel
Zet de kabel vast met een 3,0 mm inbussleutel (focus in
gestippelde doos, zie afbeelding 5.22). Inbusbout valt er
gemakkelijk uit, niet helemaal uitdraaien.
Afbeelding 5.23 Montage wisselstroomklem
Afbeelding 5.24 Wisselstroomconnector naar omvormer
5.Installatie
.19.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave