Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Rotatie Van Ventilator(En); Motorspanning En -Stroom - BAC S3000E Gebruikershandleiding En Onderhoudsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

Als u de motor continu op resonantiesnelheid laat draaien, kunnen torsietrillingen in de aandrijving ontstaan,
met beschadiging van alle systeemcomponenten tot gevolg. De meest gebruikelijke aanwijzing van
torsietrillingen is abnormaal gedreun of geknars van de tandwielaandrijving op een precies ingesteld toerental.
Het lawaai verdwijnt wanneer het toerental wordt verhoogd of verlaagd. Dit lawaai wijst niet op een storing, maar
ontstaat wanneer het trilkoppel het aandrijfkoppel overschrijdt, waardoor de tanden van de tandwielen zeer snel
tegen elkaar stoten. Bij toepassingen met variabel toerental moet werking dicht bij de resonantiesnelheid
vermeden worden en moet de overgang in het resonantiesnelheidsbereik vlot verlopen.
Bij het opstarten moet de frequentieregelaar verhoogd worden van 0 t/min. tot het maximummotortoerental.
Controleer de tandwielaandrijving naarmate het toerental toeneemt op abnormaal gedreun of geknars bij
specifieke toerentallen. Deze resonantiesnelheid (+/- 10%) moet worden vergrendeld door de aandrijving met
variabel toerental. Raadpleeg de aanbevolen opstartprocedure van de fabrikant van de aandrijving met variabel
toerental voor meer informatie.

ROTATIE VAN VENTILATOR(EN)

Ventilatoren moeten ongehinderd kunnen draaien en moeten in de juiste richting draaien. De draairichting is
met pijlen aangeduid. Controleer de juiste werking als volgt:
1. Schakel de ventilator(en) uit.
2. Draai de ventilator met de hand om te controleren of deze ongehinderd draait. Verwijder eventueel
aanwezige obstakels.
3. Start de ventilator(en) en controleer aan de hand van de pijl op het ventilatorhuis of de draairichting juist is .
Stop de ventilator(en) als de draairichting niet juist is en wijzig de elektrische bedrading.

MOTORSPANNING EN -STROOM

Controleer de spanning en het amperage op de drie ventilator- en pompmotorvoeten. De stroom mag de
nominale stroomsterkte op het typeplaatje niet overschrijden. Als het toestel langdurig buiten gebruik wordt
gesteld (of de motor als kit met de koeltoren wordt opgeslagen), moet u de motorisolatie controleren met een
isolatietestapparaat (weerstands- of Megohmmeter) alvorens de motor opnieuw te starten.
1. Isolatieweerstandstest – de minimumwaarde bedraagt 1 megohm of 1 miljoen ohm.
2. Controleer de continuïteit van eventueel gemonteerde thermistoren altijd met een multimeter, maar nooit
met een Megohmmeter.
3. Zorg dat de nominale voedingsspanning en frequentie overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje.
4. Zorg dat de as vrij loopt.
5. Bedraad de in overeenstemming met het bedradingsschema zoals vermeld op het typeplaatje en/of in de
klemmenkast van de motor.
6. Zet het toestel aan en ga na of de opgenomen stroom niet groter is dan de gegevens op het typeplaatje.
Als de motor wordt opgeslagen, doe het dan in een zuivere, droge ruimte en breng de motoras periodiek
in beweging door eraan te draaien. De opslagruimte moet trilvrij zijn.
Snel aan-/uitschakelen van de ventilatormotoren kan tot oververhitting van de ventilatormotoren
Stel de bedieningselementen bij voorkeur in op maximaal 6 aan-/uitschakelcycli per uur. Bij gebruik van
tweetoerenmotoren moet de motorstarter met een tijdsvertraging van 15 seconden aanlopen wanneer u van
hoog op laag toerental omschakelt.
5 Onderhoudsprocedures
5 Onderhoudsprocedures
WAARSCHUWING
leiden.
W W W . B A L T I M O R E A I R C O I L . E U
23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Xes3000e

Inhoudsopgave