6.2 Bedrijfssituatie
Tijdens de bedrijfssituatie kunnen op het display een 4-tal ver-
schillende situaties/waarden tegelijk worden weergegeven.
1 = Status ventilator situatie, weergave gekoppelde toe-
stellen (
)
2 = Luchtdebiet (
3 = Meldingstekst
schakelcontact etc. (
4 = Storingsymbool (
6.2.1 Status systeemventilator
Op deze plaats van het display is een ventilatorsymbool
samen met een nummer zichtbaar.
Als de toe- en afvoerventilator draaien dan is het ventilator
symbool zichtbaar; staan de ventilatoren stil dan is het ven-
tilatorsymbool niet zichtbaar.
Het nummer achter het ventilatorsymbool geeft de ventila-
torsituatie weer; voor verklaring van de nummers zie onder-
staande tabel.
Status ventilator-
Omschrijving
De toe- en afvoerventilator draaien op 50 m
Deze situatie is afhankelijk van instelling stapnummer 1 (zie hoofdstuk 13)
De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 1 van de standenschakelaar.
1
Luchtdebiet is afhankelijk van instelling stapnummer 2 (zie hoofdstuk 13).
De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 2 van de standenschakelaar.
2
Luchtdebiet is afhankelijk van instelling stapnummer 3 (zie hoofdstuk 13).
De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 3 van de standenschakelaar.
3
Luchtdebiet is afhankelijk van instelling stapnummer 4 (zie hoofdstuk 13).
Deze Renovent Excellent is gekoppeld middels eBus.
De toe- en afvoerventilator van de Renovent Excellent draaien volgens geschakelde stand van de
Bij toepassing van een 3-standenschakelaar zal de stand
1)
6.2.2 Weergave luchtdebiet
Hier wordt weergeven de ingestelde luchtdebiet van de toe-
c.q. afvoerventilator.
Wanneer luchtdebiet van de toe- en de afvoerventilator
verschillend zijn, bijv. bij toepassing van een extern scha-
kelcontact, dan wordt altijd de hoogste luchtdebiet weer-
gegeven.
Bij softwarematig uitschakelen van het toestel komt hier de
Hoofdstuk 6
)
)
)
Renovent Excellent 180
Display weergave
/h of staan stil.
3
1)
niet gebruikt kunnen worden.
613307-L
13