4
0--9
23456689
C
23456
0--9
23456789
23456789
0:12
Bellen en gebeld worden
Met de toets
op de BeoCom 2 begint en
beëindigt u oproepen. Tijdens het gesprek
worden op de display van de telefoon de
gespreksduur en het nummer of de naam van
de gebelde persoon afgebeeld. Als u een
gesprek niet wilt beantwoorden, kunt u het
belsignaal uitschakelen.
Bellen ...
> Voer het toestelnummer met de cijfertoetsen in.
> Om een cijfer te corrigeren, beweegt u de
selectieknop naar links of naar rechts om de
cursor rechts van het foute cijfer te plaatsen en
drukt u op C om deze te wissen.
om het nummer te bellen. De
> Druk op
gespreksduur wordt weergegeven en als de
naam in het telefoonboek is opgeslagen, wordt
deze ook weergegeven.
> Druk op
om het gesprek te beëindigen.
U kunt de handset ook in de oplader plaatsen.
De telefoon opnemen ...
> Druk op
om op te nemen.
> Druk op
om een gesprek te beëindigen.
U kunt de handset ook in de oplader plaatsen.
Het belsignaal van een handset tijdelijk
uitschakelen ...
> Druk op C om het belsignaal voor inkomende
gesprekken uit te schakelen.
Als u een gesprek naar of van een nummer dat
nog niet in het telefoonboek is opgeslagen
beëindigt, vraagt de display u dit te doen. Zie
Na een gesprek een nummer opslaan op pagina 7
voor meer informatie.
Druk op
om een kiestoon te krijgen voordat u
een nummer invoert.