Zet de verscheidene apparaten in de aangegeven volgorde aan. Als apparaten in de verkeerde
volgorde worden aangezet, kunnen storingen en/of schade aan luidsprekers en andere
apparaten ontstaan.
De stroom aanzetten
1.
Zet het volume van alle apparaten helemaal laag, en sluit de externe apparaten
aan.
* Steek de plug nog niet in de INPUT jack.
2.
Steek de plug in de INPUT jack.
* Als een plug in de INPUT jack wordt gestoken, wordt de stroom ingeschakeld.
3.
Zet de CD of MP3 speler of een ander invoer apparaat aan.
4.
Als laatste zet u de gitaarversterker of ander uitvoer apparaat aan.
5.
Hierna stelt u het volume van elk apparaat bij.
* Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Daardoor duurt het, nadat het apparaat is
aangezet, enkele seconden voordat het apparaat correct werkt.
De stroom uitzetten
1.
Zet het volume van alle apparaten helemaal laag.
2.
Zet eerst de gitaarversterker en andere uitvoer apparaten uit.
3.
Zet de CD, MP3 speler of ander invoer apparaat uit.
4.
Verwijder de plug uit de INPUT jack.
* Door het verwijderen van de plug uit de INPUT jack wordt de stroom uitgeschakeld.
Aansluitingen
13