Defecten en storingen
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een
goede werking getest. Mochten er desondanks storingen
ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende
lijst.
Het apparaat start niet:
• Controleer de netaansluiting.
• Controleer het netsnoer en de netstekker op
beschadigingen.
• Controleer de afzekering van de gebouwinstallatie.
• Het apparaat heeft een kantelbeveiliging, het schakelt
zichzelf automatisch uit bij kanteling. Knippert de LED
Power (25) rood, controleer dan of het apparaat rechtop
staat en op een vlakke ondergrond.
• Controleer of het condensreservoir goed is geplaatst.
• Controleer de ruimtetemperatuur en de actuele
ruimteluchtvochtigheid. Ligt de actuele
ruimteluchtvochtigheid onder de ingestelde waarde, gaat
het apparaat niet aan. Houd rekening met het toegestane
werkbereik van het apparaat volgens de technische
gegevens.
• Bij een omgevingstemperatuur boven 36 °C schakelt het
apparaat de verwarming automatisch uit en is geen
condensvorming mogelijk.
• Wacht 10 minuten, voordat u het apparaat opnieuw start.
Mocht het apparaat niet opstarten, laat dan een elektrische
controle uitvoeren door gespecialiseerd bedrijf of door
Trotec.
Het apparaat werkt, maar er is geen condensvorming:
• Controleer de vlotter in het condensreservoir op
vervuilingen. Indien nodig het condensreservoir reinigen.
De vlotter moet soepel bewegen.
• Controleer de ruimtetemperatuur en de actuele
ruimteluchtvochtigheid. Ligt de actuele
ruimteluchtvochtigheid onder de ingestelde waarde, gaat
het apparaat niet aan. Houd rekening met het toegestane
werkbereik van het apparaat volgens de technische
gegevens.
• Controleer of de relatieve ruimteluchtvochtigheid
overeenkomt met de technische gegevens.
• Controleer het luchtfilter op vervuilingen. Het luchtfilter
indien nodig reinigen, resp. vervangen.
• Controleer het luchtfilter op vervuilingen. Het luchtfilter
indien nodig reinigen, resp. vervangen.
• Controleer de condensor uitwendig op vervuilingen (zie
hoofdstuk onderhoud). Laat een vervuilde condensor
reinigen door een gespecialiseerd bedrijf of door Trotec.
Het apparaat maakt herrie, resp. trilt:
• Controleer of het apparaat rechtop en stabiel staat.
NL
Condenslekkage:
• Controleer het apparaat op lekkages.
Het apparaat wordt zeer heet, maakt herrie, resp. verliest
capaciteit:
• Controleer de luchtinlaten en het luchtfilter op vervuilingen.
Verwijder uitwendige vervuilingen.
• Controleer het apparaat uitwendig op vervuilingen (zie
hoofdstuk onderhoud). Laat een inwendig vervuild
apparaat reinigen door een gespecialiseerd bedrijf op het
gebied van koel- en koudetechniek of door Trotec.
Werkt het apparaat na deze controles nog niet
probleemloos:
Neem contact op met de klantenservice. Breng het apparaat
indien nodig voor reparatie naar een gespecialiseerd bedrijf op
het gebied van koel- en koudetechniek of naar Trotec.
luchtontvochtiger TTR 50 E
11