≈ Opnamen met een lange
sluitertijd maken
U kunt de sluitertijd instellen tussen 1 en 15 seconden en opnamen met een
lange sluitertijd maken. U moet de camera echter bevestigen aan een statief
zodat deze niet kan bewegen waardoor het beeld onscherp wordt.
•
De helderheid van het beeld kan afwijken van de helderheid van het
scherm bij stap 3 toen de sluiterknop half werd ingedrukt.
•
Als u een sluitertijd van 1,3 seconden of meer gebruikt, worden de
beelden bewerkt om ruis te verwijderen na het maken van de opname.
Hiervoor is enige bewerkingstijd nodig, zodat u mogelijk even moet
wachten voordat u de volgende opname kunt maken.
•
U wordt aangeraden [IS modus] in te stellen op [Uit] als u opnamen
maakt met een statief
Als de flitser afgaat, kan het beeld overbelicht raken. Als dit gebeurt, stelt
u de flitser in op ! en maakt u de opname.
90
Selecteer ≈.
Stel de modusschakelaar in op 4 en
●
druk op de knop m.
Druk op de knoppen op om G te
●
selecteren.
Druk op de knoppen qr om U (meest
●
rechtse pictogram) te selecteren en druk
op de knop l
Druk op de knoppen qr om ≈ te
●
selecteren en druk op de knop m.
Selecteer de sluitertijd.
Druk op de knop o.
●
Druk op de knoppen qr, selecteer de
●
sluitertijd en druk op de knop m.
Bevestig de belichting.
●
Als u de sluiterknop half indrukt, verschijnt
de belichting voor de gekozen sluitertijd.
(p.
140).