Verbinding maken met netwerken
Dit apparaat kan verbinding maken met diverse netwerken en apparaten,
mobiele netwerk voor spraak- en gegevensoverdracht,
Wi-Fi-gegevensnetwerken en Bluetooth-apparaten, zoals headsets.
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verbinding maakt met
verschillende netwerken.
Verbinding maken met mobiele netwerken
Dit gedeelte is alleen van toepassing op modellen met een 3G-module.
Wanneer u een SIM-kaart van uw provider voor draadloze services in het
apparaat plaatst, wordt het apparaat geconfigureerd voor gebruik van de
mobiele netwerken van uw provider voor gegevensverzending.
Het apparaat is geconfigureerd voor gebruik van de netwerken van een
groot aantal mobiele providers. Als het apparaat geen verbinding maakt
met een netwerk wanneer u SIM-kaart plaatst en het apparaat aanzet,
neemt u contact op met uw provider voor informatie over de naam van het
toegangspunt.
De pictogrammen op de statusbalk geven aan met welk type
gegevensnetwerk u verbinding hebt en geven ook de signaalsterkte van de
spraak- en gegevensnetwerken aan.
Bepalen welk netwerk u gebruikt
1. Open het scherm Instellingen.
2. Tik op Draadloos en netwerken -> Mobiele netwerken -> Namen van
toegangspunten.
De naam van de provider van draadloze services waarbij u momenteel
bent aangemeld, is geselecteerd in de lijst.
Gebruikershandleiding
Verbonden met de snelste 3G-netwerken (UMTS of HSDPA)
Verbonden met het op een na snelste netwerk (EDGE)
Verbonden met een 2G-netwerk (GPRS)
Hoe meer streepjes oplichten, hoe sterker het draadloze
signaal is.
Verbonden met het netwerk van een andere draadloze
provider (roaming)
TOSHIBA FOLIO 100
NL-30