M - WRG - S
2.
In gebruik nemen
Het apparaat is door een vakman gemonteerd en
aangesloten. Alle aanwijzingen in de montagehand-
leiding zijn opgevolgd. Controleer of de buitenkant
van het apparaat onbeschadigd is. Zijn de luchtin–
en luchtuitlaat aan de binnen– en buitenzijde vrij toe-
gankelijk en niet verschoven.
Op de linker onderkant van het apparaat bevindt
zich een dubbele schakelaar. De achterste schake-
laar is de AAN/UIT schakelaar. De voorste is een
drie-standen schakelaar voor de instelling van de
luchtprestaties. Schakel het apparaat aan en kies
voor de gewenste stand voor de luchtprestatie.
Wij adviseren de ventilatie-unit continue te laten
werken (luchtprestatie-stand 1). Door de perma-
nente be– en ontluchting behoudt u een goed en
gezond binnenklimaat. Wanneer het nodig is zijn
er nog twee extra standen beschikbaar.
Let op de positie van de luchtkleppen. Als het appa-
raat uitgeschakeld en dus spanningsloos is, moeten
beide kleppen gesloten zijn. Openen en sluiten van
de kleppen gebeurt automatisch door het apparaat.
Bij de eerste keer dat het apparaat gebruikt wordt, of
na lange tijd stil te hebben gestaan, kan een onge-
definieerde stand van de kleppen optreden. Schakel
het apparaat nog een keer uit en na korte tijd weer
aan. Als het nodig is de handeling herhalen.
3.
Vorstbeveiliging M-WRG-S
Het apparaat is uitgerust met een volautomatische
vorstbeveiliging. Zo gauw als de temperatuur een
kritisch punt bereikt, beschermt het apparaat zichzelf
tegen bevriezing. De ventilatie loopt gereduceerd
verder. Wordt het kritische punt opnieuw bereikt, dan
schakelt het apparaat uit.
Als de permanente temperatuurmeting aangeeft dat
ventilatie weer gestart kan worden, begint het
apparaat weer te werken met een gereduceerde
ventilatie. Daarna gaat hij verder in de gekozen
stand voor luchtprestatie, voor zover de vorstbe-
veiliging dat toelaat.
Voel je goed met schone lucht!
Gebruikshandleiding
30m³/h
UIT
50m³/h
AAN
70m³/h
kleppen gesloten
kleppen open
7