Nokia 1.3 Gebruikershandleiding
1. Plaats uw vingernagel in de naad tussen de achterklep en het scherm, duw de achterklep
open en verwijder deze.
2. Plaats de nanosim in sleuf 1 met het contactgebied naar beneden gericht. Als u een
telefoon met een dubbele simkaart hebt, schuift u de tweede simkaart in simkaartsleuf 2.
3. Als u een microSD-kaart hebt, schuift u deze in de sleuf voor de geheugenkaart.
4. Sluit de achterklep.
Gebruik uitsluitend originele nanosimkaarten. Bij gebruik van incompatibele SIM-kaarten kan de
kaart of het apparaat schade oplopen en kunnen gegevens op de kaart beschadigd raken.
Gebruik alleen compatibele geheugenkaarten die zijn goedgekeurd voor gebruik met dit
apparaat. Incompatibele kaarten kunnen de kaart en het apparaat beschadigen, evenals de
gegevens op de kaart.
Tip: Controleer het etiket op de verpakking om te zien of uw telefoon 2 simkaarten kan
gebruiken. Als u 2 IMEI-codes op het etiket ziet staan, hebt u een dual-simtelefoon.
Belangrijk: Verwijder de geheugenkaart niet wanneer deze door een app wordt gebruikt.
Daardoor zou de geheugenkaart en het apparaat evenals de gegevens op de kaart kunnen
beschadigen.
Tip: Gebruik een snelle microSD-kaart van maximaal 400 GB van een vertrouwde fabrikant.
UW TELEFOON OPLADEN
De batterij opladen
1. Steek een compatibele lader in een stopcontact.
2. Sluit de kabel aan op uw telefoon.
Uw telefoon ondersteunt de USB micro-B-kabel. U kunt uw telefoon ook opladen vanaf een
computer met een USB-kabel, maar het opladen kan dan langer duren.
Als de batterij volledig is ontladen, kan het enkele minuten duren voordat de batterij-indicator
wordt weergegeven.
© 2019 HMD Global Oy. Alle rechten voorbehouden.
8