Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
Batterij plaatsen
Plaats voor gebruik de meegeleverde batterij.
Let op
Zorg dat het oppervlak van het apparaat droog is en
het apparaat is uitgeschakeld.
1. Open het batterijvak aan de achterzijde, door de schroef
van de afdekking los te draaien.
2. Verbind de 9 V blokbatterij met de juiste polen van de
batterijclip.
3. Leg de batterij met batterijclip in het batterijvak.
4. Plaats de afdekking weer op het batterijvak.
5. De schroef van het batterijvak weer vastdraaien.
Apparaat inschakelen en meting uitvoeren
Info
Houd er rekening mee dat bij het wisselen van de
gebruikslocatie van een koude naar een warme
omgeving condensvorming op de printplaat van het
apparaat kan ontstaan. Dit natuurkundig effect, dat niet
te voorkomen is, vervalst de meting. Het display toont
in dit geval geen of verkeerde meetwaarden. Wacht
enkele minuten tot het apparaat zich heeft ingesteld op
de gewijzigde omstandigheden, voordat u een meting
uitvoert.
Info
Houd er rekening dat de meting van een geluidsbron
altijd direct moet gebeuren. Er mogen geen
voorwerpen of personen tussen microfoon en
geluidsbron bevinden, behalve als de invloed hiervan
op het geluidsniveau ook moet worden gemeten.
NL
1. Druk ca. 2 s op de aan/uit-toets (4).
ð Het display (6) wordt ingeschakeld en het apparaat is
klaar voor gebruik.
ð De actuele meetwaarde wordt op de
meetwaardeweergave (23) weergegeven.
2. Richt de het apparaat op de te meten geluidsbron.
ð Wacht even voor een stabiele meetwaarde.
Meetbereik instellen
Het apparaat heeft verschillende meetbereiken, die naar wens
of op basis van het te verwachten geluidsniveau kunnen worden
geselecteerd. Voor zover het te verwachten geluidsniveaubereik
bekend is, indien mogelijk altijd het bijbehorende meetbereik
kiezen, omdat hierdoor altijd de optimale resolutie van de
schaal (21) gewaarborgd is.
• Onderste meetbereik: 30 tot 80 dB
• Middelste meetbereik: 50 tot 100 dB
• Bovenste meetbereik: 80 tot 130 dB
• Auto: 30 tot 130 dB
Ga als volgt te werk, om het meetbereik in te stellen:
1. Druk meerdere keren op de toets LEVEL (10), tot het
gewenste meetbereik bij de beide uiteinden van de schaal
(indicatie 20 en 33) worden weergegeven.
ð De schaal wordt automatisch aangepast.
ð Indien nodig verschijnt UNDER (15) of OVER (18) op het
display. Dit is een indicatie dat het meetbereik verder
moet worden aangepast.
Meetcurve instellen (dBA / dBC)
U kunt kiezen of uw meetwaarden op basis van dB(A) of dB(C)
worden weergegeven.
Ga als volgt te werk, om de meetcurve in te stellen:
1. Druk meerdere keren op de toets A/C (8), tot dB(A) of dB(C)
op het display (indicatie 26) wordt weergegeven.
ð De meetwaarde wordt automatisch aangepast.
MIN/MAX-functie instellen
Met de MAX/MIN-functie kunt u de hoogste of de laagste
waarde van de actuele meting vasthouden. Ga als volgt te werk,
om de MIN/MAX-functie in te stellen:
1. Druk op de toets MAX/MIN (7).
ð De indicatie MAX (34) verschijnt op het display.
ð De meetwaardeweergave (23) wordt bevroren en wijzigt
alleen als een nieuwe, hogere waarde wordt gemeten.
2. Druk opnieuw op de toets MAX/MIN (7).
ð De indicatie MIN (16) verschijnt op het display.
ð De meetwaardeweergave (23) wordt bevroren en wijzigt
alleen als een nieuwe, lagere waarde wordt gemeten.
3. Druk opnieuw op de toets MAX/MIN (7), voor het
beëindigen van de actuele MAX/MIN-functie.
digitaal geluidsniveaumeetapparaat SL400
7
Advertenties
Inhoudsopgave
