4.5 Basis voor rijden
Zorg ervoor dat u correct en veilig zit op uw scooter;
Draai de snelheidsinstelling knop volledig tegen de klok in voor de laagste rij
stand;
Steek de sleutel in het contact;
Draai de sleutel tegen de klok in naar de "On" positie;
Plaats uw hand op het handvat;
o Vooruit rijden; trek aan de rechterhendel/ duw tegen de linkerhendel;
o Achteruit rijden; trek aan de linker hendel / duw tegen de rechthendel;
Trek meer aan de hendel om voorzichtig uw scooter te versnellen;
Laat de hendel los als u de scooter volledig af wilt laten remmen;
Oefen deze twee basis functies totdat u er zeker van bent dat u de volledige
controle heeft over uw scooter.
4.6 Sturen
Plaats beide handen op de handvatten van de stuurkolom, draai de stuurkolom
naar rechts om rechts te gaan;
Draai de stuurkolom naar links om links te gaan;
Zorg ervoor dat u genoeg ruimte heeft wanneer u gaat sturen, zodat de wielen
nergens tegenaan kunnen komen.
Waarschuwing:
Als u de scooter te snel op een te hoge snelheid draait zal hierdoor een wiel
van de grond komen wat kan leiden tot het kantelen van de scooter. Dit kunt u
voorkomen door af te remmen en ruim te sturen bij hoeken en obstakels.
Sturen in kleine ruimtes
Als u moet sturen in kleine ruimtes, zoals in- uitgangen;
Zet uw scooter volledig stil;
Zet de snelheid op de laagste stand;
Draai de stuurkolom in de richting waar u heen wilt rijden.
Sturen in achteruit
Wees extra voorzichtig als u achteruit rijdt.
Trek aan de linker hendel / duw tegen de rechthendel;
Draai de stuurkolom links om links te gaan;
Draai de stuurkolom rechts om rechts te gaan.
~ 13 ~
© 2013 VAN OS MEDICAL B.V., Koperslagerij 3, 4651 SK, Steenbergen, Nederland
Tel. +31-(0)167-573020, Fax +31-(0)167-573381, E-mail: info@vanosmedical.nl,
Gebruikershandleiding
www.vanosmedical.nl