36
7° Monteer de stralingsplaat (pag 53, fig 73) terug tegen
de bovenzijde van het toestel. De breedste zijde is de
voorzijde,
8°De restrictie dient ingesteld te worden volgens de
benodigde restrictie (zie hiervoor het bijgeleverde
restrictieblad pag 26). Wanneer het
toestel met B11bs afvoer is het mogelijk dat er
gebruik wordt gemaakt van een schijf. Met behulp
van een schroevendraaier kan deze stralingsplaat
hoger of lager geplaatst worden (pag 15, fig 11A
n°19).
9° Sluit het gasregelblok aan via de flexibele gasleiding
(80 cm) (pag 15, fig 10 n°10) op de vaste
gastoevoerleiding. Deze dient uitgerust te zijn met
een
afsluitkraan
(niet
onmiddellijke nabijheid van het toestel.
gasaansluiting dient spanningsvrij te geschieden, ter
voorkoming
van
gasregelapparatuur.
De vaste gasleiding dient
aangebracht te worden links vooraan het toestel,
zodat het toestel, later, na afnemen van de omlijsting
(enkel van toepassing voor inbouwhaarden), 50 cm
naar voren verplaatsbaar is, zonder de gasleiding af te
koppelen.
10° Wanneer het gaat om een inbouwhaard. Bevestig de
verschillende lamellen van de bijgeleverde omlijsting
aan elkaar met bijgevoegde clips. Vervolgens plaatst
u de omlijsting op de frontkader van het toestel (pag
13, fig 9).
11° Kijk na of het branderbed nog op een correcte manier
gemonteerd is. Zie hiervoor het hoofdstuk XVII:
Montage/demontage van het branderbed.
12° Strooi de gloeikooltjes (pag 33, fig 32 n°11) met de
nodige zorg uit over de bodem van het toestel en zorg
ervoor dat ze gelijkmatig zijn verdeeld, zodat de
gasdoorstroming niet wordt gehinderd. Zorg er ook
voor dat het mechanisme van de waakvlam (pag 15,
fig 11 n°13) en de spoileropening voor de secundaire
luchttoevoer (pag 15, fig 11 n°12) vrij blijft. Plaats
vervolgens de keramische houtblokken (optioneel) in
het toestel volgens fig 32, pag 33 (4 blokken). Zorg
ook hier dat de gasstroom niet gehinderd wordt.
Het is ten strengste verboden het aantal blokken te
wijzigen,
evenals
andere
gebruiken
dan
de
imitatiehoutblokken.
vorm en de samenstelling belangrijk is.
13°Hang de keramische glasdeur (pag 12, fig 8 n°15) en
het frontdeurtje (pag 13, fig 9 n°15A) voorzichtig
terug in de scharnieren op het apparaat en blokkeer
het deurslot (pag 12, fig 8 n°16) door aanschroeven
van de bout met steeksleutel 8 mm.
14°Wanneer het om een voorzetkachel gaat, monteer de
gedemonteerde delen, zodat de kachel terug één
geheel vormt.
Werk de kachel af met de los
bijgeleverde tabletten.
gaat om een
meegeleverd)
in
de
De
beschadiging
van
de
imitatieblokken
te
voorziene
FLAM-
Dit omdat de grootte, de
15°De plaatsing van de sierschouw dient te gebeuren
volgens de regels van de kunst. De plaatsing van een
eventuele houten balk steeds uitvoeren op een
brandvrije wijze (volgens DIN 18895).
verluchting van de sierschouw niet-afsluitbare
roosters (pag 13, fig 9 n°17) onder- en bovenaan in de
schoorsteenmantel
voorzien.
doorlaatsectie van de roosters is 200 cm².
bovenste rooster ten minste op 50 cm afstand vanaf
het plafond voorzien en de nodige isolatie volgens
DIN 4102 A1. Bij de plaatsing van bepaalde FLAM-
sierschouwen
dienen
onderaan in de schouwmantel voorzien te worden (zie
plaatsingsrichtlijnen
Wachttijd voor ingebruikname en/of proefstoken:
strikt de richtlijnen van de vakman naleven.
Belangrijke opmerking : De capaciteit van de verbruikers
(radiatoren, vloerverwarming, boiler, ...) moet minimaal
25% groter zijn dan de waterzijdige capaciteit van de
warmtewiosselaar (maximaal 20kW bij correct gebruik)
Belangrijke opmerking :
steeds mogelijk een flexibele binnenbuis in de schouw aan
te brengen zonder het toestel weg te nemen in geval er toch
condensvorming zou optreden.
De mogelijke schoorsteenconfiguraties, evenals de
uitmondingsmogelijkheden worden weergegeven op
pagina 24.
Controleer alvorens aan te vatten met het stoken :
-
conformiteit van de gassoort met de aanduidingen op
het kenplaatje van het gasapparaat.
-
conformiteit van de gasdruk met de aanduidingen op
het kenplaatje van het gasapparaat.
-
de gasleidingen op gaslekdichtheid.
-
conformiteit en degelijkheid van alle aansluitingen en
werken.
-
de goede toegankelijkheid van de gaskraan.
De plaatselijke, nationale en vooral de Europese wetgeving of
reglementering terzake is steeds primerend op deze aanbevelingen en
instructies. Bij iedere twijfel of grote afwijkingen, gelieve ons
schriftelijk hiervan in kennis te stellen voor de plaatsing en/of alvorens
eender welke handeling uit te voeren. Bij onvoldoende bekwaamheid
dient men zich te onthouden van het uitvoeren van eender welke
handeling aan het toestel of de installatie.
Voor
Minimum
De
geen
verluchtingsroosters
voor
Flam-sierschouwen).
Bij een Flam-gastoestel is het