Wateraansluiting
Waterafvoer
In de afvoer van de afwasautomaat
bevindt zich een terugslagklep, zo-
dat er geen vuil water via de afvoer-
slang in de automaat kan teruglo-
pen.
De afwasautomaat is voorzien van
een flexibele afvoerslang van ca.
1,5 m met een diameter van 22 mm
binnenwerks.
De afvoerslang kan met nog een
slang en met een verbindingsstuk tot
4 meter worden verlengd.
Voor de aansluiting van de slang op
het afvoersysteem ter plaatse is bo-
vendien een slangklem bij de auto-
maat verpakt.
De aansluittuit die zich aan de afwas-
automaat bevindt, kan worden ge-
draaid. De slang kan daarom naar
rechts of links worden verlegd zon-
der dat de slangklem hoeft te wor-
den losgemaakt.
De afvoerslang mag maximaal 4 me-
ter lang, de opvoerhoogte maximaal
1 meter zijn!
De aansluittuit voor de afvoerslang is
geschikt voor slangen van verschil-
lende doorsneden. Steekt de aan-
sluittuit te ver in de afvoerslang dan
moet de aansluittuit korter worden
gemaakt. Wanneer dat niet gebeurt
kan de afvoerslang verstopt raken.
De afvoerslang mag niet korter wor-
den gemaakt.
Zorg ervoor dat er geen knikken in
de afvoerslang komen.
26
Beluchting van de waterafvoer
Doe de deur van de afwasautomaat
helemaal open.
Als de waterafvoeraansluiting op de
plaats van opstelling dieper ligt dan de
geleiding voor de wieltjes van het on-
derrek in de deur, moet de waterafvoer
worden belucht.
Als dat niet gebeurt dan kan het water
tijdens een programma door de wer-
king van de zuighevel uit de spoelruim-
te stromen.
Om te beluchten moet u de dop van
de beluchtingsklep in de spoelruimte
afsnijden.