6. ONDERHOUD
6.1 DRAINAGE
Er zijn twee manieren om het door de unit geproduceerde verzamelde water te verwijderen.
A. Handmatig aftappen: Leeg de watertank handmatig.
B. Continu afvoeren: gebruik de zwaartekracht om condenswater af te voeren door een
afvoerslang.
6.1.1 LEGEN VAN DE WATERTANK
• De ingebouwde watertank zal zich vullen en de unit zal uitschakelen zodra deze vol is. De
unit schakelt weer in zodra u het waterreservoir leegmaakt en correct installeert.
• Wanneer de tank vol is, maakt het apparaat een zoemend geluid en gaat het lampje
"Waterreservoir vol" branden.
• Druk op de POWER-knop om het apparaat uit te schakelen.
• Trek aan het waterreservoir en schuif het eenvoudig uit de behuizing van de
luchtontvochtiger.
• Laat het water wegvloeien in een ruimte met een afvoer of buiten.
• Maak zowel de binnenkant van de tank als de buitenkant schoon.
• Plaats de lege tank terug in het apparaat.
• Druk op de POWER-knop om de werking te hervatten.
• Als het lampje Waterreservoir vol niet dooft, controleer dan of de vlotter goed op zijn plaats
zit.