C.4. Installatie met accessoire AC DMS 001
Bij gebruik van het accessoir AC DMS 001 zijn uitdoen, aandoen en
handmatige bediening van het systeem mogelijk.
Het instellen van de potentiometer moet gebeuren in de automatische
of dim-modus (punt 5C).
L
N
L
L
RE DMS DA1
N
+
-
INTERRUPTOR 2
-
+
N
L
PULSADOR
BALLAST
INTERRUPTOR 1
FLUORESCENT TUBE
- Schakelaar 1: Hiermee kan worden gekozen tussen handmatige of
automatische bediening.
· Handmatige bediening: de automatische regulering zal niet werkenl.
- Schakelaar 2 (ON/OFF): Hieraan is geen enkele functie
verbonden.
- Drukknop (REG): Door kort drukken gaat de verlichting aan of
uit en bij lang drukken wordt het dimmen uitgevoerd. Steeds als
hij kort wordt losgelaten en daarna weer lang ingedrukt, wordt
de dimrichting omgekeerd.
· Automatische bediening: het verlichtingsniveau dat wordt
toegepast is wat is aangemerkt door de actieve dimmer als
verkregen van de sensor RE DMS DA1.
- Schakelaar 2 (ON/OFF): heeft hetzelfde gedrag als de
bewegingsdetectie van de sensoren die aan RE DMS DA1 zijn
verbonden; het licht wordt ontstoken op het actieve dim-niveau
wanneer deze zich in stand ON bevindt. Ofwel, hiermee is
men in staat een situatie zonder bewegingsdetectie te
simuleren en de dimmer apart te gebruiken.
In stand OFF, gaat het licht weer branden zodra beweging
wordt gedetecteerd door een sensor.
- Drukknop (Reg): Hieraan is geen enkele functie verbonden. Bij
het ontgrendelen van de afstandsbediening, geeft deze niet aan
in welke modus de sensor zich bevindt.
AFSTELLEN EN
5
WERKINGSTEST
Voorzien van 4 potentiometer voor de volgende instellingen:
A. Afstellen automatische modus, dim-modus o MOV-modus
- AUTO: Standaardwerking, automatische regulering in relatie tot het
daglicht en bewegingsdetectie (fabrieksinstellingen).
- REG: Werking met enkel automatische regulering afhankelijk van het
daglicht en zonder bewegingsdetectie.
- MOV: Werking met enkel bewegingsdetectie die onafhankelijk is van
het daglicht en zonder lichtregulering. Mogelijkheid voor het
instellen van het uitschakelniveau % ('Gang'-functie, punt 5B).
Voor het instellen op deze manier van de lichtintensiteit (LUX)
moet de centrale stand "LUX" zijn gekozen; hierbij is de
installatie van bewegingssensor-slaves (DM SEN T03) niet
gepermitteerd.
B. Instellen Uitschakelniveau %. 'Gang'-functie
Deze instelling is alleen werkzaam als de werkingsmodus wordt
geselecteerd als bewegingsdetector (MOV-modus).
Hiermee kan het dimniveau van de lampen worden aangepast wanneer
de detector in rust is, ofwel, als er geen beweging wordt gedetecteerd.
Er kan een schaal worden geselecteerd tussen 0% lampen uit (-) tot
50% (+).
C. Instellen van de verbindingstijd (TIME) en TEST-modus (-)
Met deze potentiometer, wordt de tijd ingesteld dat het automatische
dimsysteem na een bewegingsdetectie actief blijft.
Deze tijd kan worden ingesteld tussen, (ongeveer):
- AUTO-modus: van 10 tot 30 minuten.
- MOV-modus: van 5 seconden tot 10 minuten. Er is geen
TEST-modus (-).
Indien de potentiometer in de minimumstand (-) wordt gezet, wordt de
TEST-modus geselecteerd. Deze modus is zeer handig op het moment
dat er een detectietest wordt uitgevoerd, omdat de tijd dat de lampen
gaan branden wordt teruggebracht naar slechts 10 seconden. Op deze
manier, en gedurende de 10 sec verlichting, kan ook worden getest of
het dimmen van de lampen goed werkt.
Daartoe, ook bij daglicht, moet de sensor met de hand wordt bedekt,
zodat kan worden getest of de lampen van weinig naar voluit gaan
branden; als de hand weer van de sensor wordt weggehaald, moeten
de lampen uit gaan.
Deze instelling is niet van belang wanneer de modus "alleen dimmen"
actief is (REG, punt 5A) omdat de bewegingsdetectie op permanent
staat.
TIME
A. Programmering OPTIONEEL van de verlichtingspunten dag en
nacht (aalleen toepasbaar voor de modi AUTO en REG)
Het systeem is ingesteld om een juiste verlichting voor boven de
werktafel te geven in een standaardinstallatie, ongeveer
500 - 600 Lux. Wanneer de resultaten die met de
fabrieksinstellingen worden behaald niet de gewenste zijn, kunt u
de puntens "dag" en "nacht" zelf instellen door de onderstaande
stappen te volgen.
Maakt instellen van de gewenste lichtsterkte mogelijk op de plaats van
installatie.
Opdat de programmering kan worden gebruikt, moeten er twee punten
worden ingesteld: dag en nacht.
A.1. 's Nachts of in donkere ruimtes:
- Voer de installatie uit de volgens de eerdere aansluitschema's, en
plaats de sensor op zijn plek (boven het te controleren gebied).
- Voed het apparaat.
- Wacht 1 minuut totdat de sensor is gestabiliseerd.
- Draai de potentiometer LUX in stand control knob to . De rode LED
M-
van de sensor begint met tussenpozen te knipperen. De lichten gaan
M-
AC DMS 001
ON/OFF
voluit branden.
Reg
AUTO/MANUAL
- Zet de sensor in zijn gebruikelijke stand en werkhoek en ga er 4 à 5m
bij uit de buurt.
- Wacht 1 minuut. De lampen en de rode led van de sensor gaan uit.
Op dit moment, heeft het apparaat de lichtwaarde opgeslagen voor
het voluit laten branden van de lampen.
- Tot slot, zet u de potentiometer in stand "LUX" voor zijn normale
werking.
A.2. Overdag en in gebruikelijke toestanden en met de gewenste
bijdrage van daglicht:
- Wacht 1 minuut totdat de sensor is gestabiliseerd.
- Draai de potentiometer LUX in stand
sensor begint met tussenpozen te knipperen. De verlichting blijft uit of
schakelt zichzelf uit.
- Zet de sensor in zijn gebruikelijke stand en werkhoek en ga er 4 à 5m
bij uit de buurt.
- Wacht 1 minuut tot de rode led van de sensor uitgaat. Op dit moment,
heeft het apparaat de lichtwaarde opgeslagen voor het uitdoen van de
lampen.
- Tot slot, zet u de potentiometer in stand "LUX" voor zijn normale
werking.
E. Test bewegingsdetectie en LED-functie
De led kan als indicator dienen als de werkingstest voor
bewegingsdetectie wordt uitgevoerd.
Hoe de test wordt uitgevoerd:
1. Richt de detector op het te dekken gebied.
2. Zet de potentiometer 'TIME' in stand "-". Op deze manier zal iedere
detectie 10 sec verbinding opleveren.
3. Zet de detector aan.
4. Wacht minimaal 1 minuut nadat de detector is aangezet totdat hij is
gestabiliseerd.
5. Loop van buiten het dekkingsgebied in naar het midden ervan totdat
de detectie in werking treedt.
6. Verander de stand van de detectorkop zoveel als nodig is om het
dekkingsgebied te veranderen. Let daarbij op dat u de kop niet op
een lichtbron richt.
7. Herhaal stappen 5 en 6 totdat u de gewenste dekking heeft bereikt.
WERKING MET
6
AFSTANDSBEDIENING
Het is mogelijk om dit apparaat op afstand aan te sturen d.m.v.
afstandsbediening CO REG R05, via infrarood. Deze afstandsbediening
maakt het mogelijk om de lichtniveaus voor dag en nacht te
programmeren zonder dat toegang via het plafond nodig is, ook kan zo
op elk gewenst moment handmatig worden gedimd.
Werkt alleen bij de modus AUTO of REG.
Is voorzien van 3 werkingsmodi:
- Programmeermodus Prog: hiermee kunnen de referentiewaarden
voor het licht (dag en nacht) worden geprogrammeerd.
- Automatische modus AUTO of REG: automatische regulering in
relatie tot het daglicht.
- Handmatige modus: hiermee kunnen de lampen vanaf de
afstandsbediening zelf worden aan- en uitgezet.
A. Programmeermodus Prog
A.1. 's Nachts of in donkere ruimtes
- Ontsteek de lampen, met de "ON" toets op de bediening, en dim ze
op het niveau dat op de werkplek is gewenst. Dit zal het
maximumniveau zijn waarop de lampen ontstoken zullen worden.
- Wacht 30 seconden zonder daarbij het licht te blokkeren dat door de
sensor ontvangen wordt.
- Ga naar de Programmeermodus door op de toets "Prog" op de
afstandsbediening te drukken, waarbij het niet nodig is hem op de
sensor te richten. Als op de toets wordt gedrukt, gaat de led op de
afstandsbediening branden, en geeft aan dat hij zich in deze modus
bevindt.
- Druk op toets " " op de bediening en richt hem daarbij op de sensor.
Op deze manier, wordt het punt van de verlichting aan voor 's nachts
ingelezen en bewaard.
. De rode LED van de
LUX
A.2. Overdag en in gebruikelijke toestanden en met de gewenste
bijdrage van daglicht
- Indien de lampen branden, kan uitschakelen met de toets "OFF" op
de afstandsbediening worden geforceerd.
- Wacht 30 seconden zonder daarbij het licht te blokkeren dat door de
sensor ontvangen wordt.
- Ga naar de Programmeermodus door op de toets "Prog" op de
afstandsbediening te drukken, waarbij het niet nodig is hem op de
sensor te richten. Als op de toets wordt gedrukt, gaat de led op de
afstandsbediening branden, en geeft aan dat hij zich in deze modus
bevindt.
- Druk op toets "
" op de bediening en richt hem daarbij op de sensor.
Op deze manier, wordt het punt van de verlichting aan voor overdag
ingelezen en bewaard.
- Om af te ronden, druk op de toets "Auto" op de afstandsbediening
terwijl die op de sensor wordt gericht, om over te schakelen naar de
automatische modus.
RE DMS DA1 geeft aan dat de ingestelde punten (dag en nacht) zijn
opgeslagen d.m.v. het drievoudige knipperen van de rode led na het
vastleggen van de lichtwaarde.
B. Automatische modus Auto
In deze modus, gaat de led van de sensor alleen branden wanneer er
beweging wordt gedetecteerd.
De lampen reguleren zichzelf automatisch afhankelijk van het
ingestelde verlichtingsniveau en de input van daglicht van buitenaf.
C. Handmatige modus
In deze modus, blijft de led van de sensor voortdurend branden.
Uitgerust met verschillende toetsen voor handmatige bediening: Hoger
instellen, Lager instellen, Permanent branden (ON), Permanente
uitschakeling (OFF) en Voluit branden (MAX).
Bij het ontgrendelen van de afstandsbediening, geeft deze niet aan in
welke modus de sensor zich bevindt. Druk de knop in van de modus
die u wilt activeren.
TOETSEN
FUNCTIES
Blokkeren van de bediening
De afstandsbediening gaat naar de toestand
"Geblokkeerd" en reageert niet op drukken op de
knoppen. Op deze manier wordt onbedoeld
drukken vermeden en het draagt ook bij aan het
sparen van de batterij.
Ontgrendelen van de bediening
De afstandsbediening gaat naar de toestand
"Ontgrendeld" en reageert daarna op drukken op
de knoppen. Wanneer er gedurende 30 sec geen
enkele toets wordt aangeraakt, wordt de
afstandsbediening geblokkeerd.
Accu-indicator
Dit instellicht blijft branden zolang de toets is
ontgrendeld en knippert voortdurend om aan te
geven dat de accu bijna leeg is.
Programmeermodus
Toegang tot de programmeermodus en
configuratie van de punten waarop de verlichting
overdag en 's nachts moet gaan branden.
Nachtinstelling
Het lichtniveau waaronder de lampen blijven
branden, wordt vastgelegd op de waarde die
heerst op dit moment.
Daginstelling
Memoriseren van het daglichtniveau waarop de
lampen uit blijven.
Reset
Hiermee kunnen de fabriekswaarden voor de
verlichting voor dag en nacht opnieuw worden
ingesteld.
Automatische modus
Als de automatische modus wordt gekozen, De
lampen dimmen zichzelf afhankelijk van het
gewenste lichtniveau en de huidige, bestaande
verlichting.
Handmatig dimmen
Als deze toetsen ingedrukt blijven, kan de
verlichting handmatig worden gedimd, zowel voor
meer als minder licht.
Handmatig ON / OFF
Is forced permanent ON or OFF manually.
Voluit branden
Hiermee kunt u de lampen voluit laten branden.
C/Auzolan 2, 20303 Irún (SPAIN)
Tel.: +34 943627988 / info@dinuy.com / www.dinuy.com