Defecten en storingen
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een
goede werking getest. Mochten er desondanks storingen
ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende
lijst.
Storing
Oorzaak
Het apparaat
Er is geen accu
kan niet
geïnstalleerd.
worden
De accu is niet
ingeschakeld.
correct
geïnstalleerd.
De accu is leeg.
Apparaat heeft
Geen SD-kaart
geen beelden/
aanwezig.
video's
SD-kaart is vol.
opgenomen.
Het apparaat heeft
zichzelf
uitgeschakeld
tijdens de
opname.
Er kan niet
Probleem met de
worden
SD-kaart.
gelezen van de
SD-kaart.
Systeem is
gestopt.
Camerabeeld
Cameralamp te
te licht of te
licht of te donker
donker.
ingesteld.
Cameralamp
De accu is
werkt niet en
onvoldoende
er is geen
opgeladen.
beeld.
Communicatiepro
blemen tussen
camera en
apparaat.
De camera is
beschadigd.
De opgenomen
De overdrachts-
video hapert.
snelheid van de
SD-kaart is te
laag.
10
Oplossing
Zorg dat de accu is
geïnstalleerd.
Zorg dat de accu correct is
geïnstalleerd.
Zorg dat de accu nieuw is,
resp. voldoende is
opgeladen.
Plaats een SD-kaart.
De gegevens die niet meer
nodig zijn verwijderen, voor
het vrijmaken van
opslagruimte.
Beëindig de opname,
voordat de accu leeg is.
Zorg dat de SD-kaart niet is
beschadigd en niet meer
dan 32 GB geheugen heeft.
Start het systeem opnieuw.
De cameralamp correct
instellen (zie hoofdstuk
bediening).
De accu opladen.
Controleer de verbinding
tussen zwanenhals-sonde
en apparaat.
Neem contact op met de
Trotec -klantenservice.
Gebruik een SD-kaart met
een hogere
overdrachtssnelheid.
videoscoop BO26
Onderhoud en reparatie
Accu laden
De accu opladen als de indicatie accustatus (7) rood knippert of
als het apparaat niet meer kan worden ingeschakeld. Hiervoor
het laadapparaat aansluiten op het stroomnet en de kabel van
het laadapparaat aansluiten op de aansluiting voor het
laadapparaat (25).
Opmerking
Om schade aan de accu te voorkomen, uitsluitend het
meegeleverde laadapparaat gebruiken voor het opladen van de
accu.
Reiniging
Reinig het apparaat met een vochtige, zachte en pluisvrije doek.
Zorg dat geen vochtigheid in de behuizing komt. Gebruik geen
sprays, oplosmiddelen, alcoholhoudende reinigingsmiddelen of
schuurmiddelen, maar uitsluitend water voor het bevochtigen
van de doek.
Reparatie
Wijzig het apparaat niet en bouw geen reserveonderdelen in.
Neem voor reparaties en controles van het apparaat contact op
met de fabrikant.
25
NL