Bij de keuze van de montageplek in de schakel- /groepenkast moet in acht worden
genomen dat de te leggen busleidingen naar de schakelmodules zo kort mogelijk
moeten zijn en een minimale afstand van 8 mm tot spanningvoerende netleidingen
of andere DIN rails aangehouden moet worden.
4. Maak de bedrading voor de netaansluiting van de schakelmodule (aansluitingen 1.1 en
1.5) met de L- en N-DIN rail, zie afbeelding 2.
5. Maak de bedrading voor de aan te sluiten belasting (aansluitingen 2.1 en 2.5) zie
eveneens afbeelding 2.
Let op:
De N*-klem (in de afbeelding met "1" gekenmerkt) van de schakelmodule kan
gebruikt worden, echter is het installatietechnisch gezien beter en overzichtelijker
om de N-aansluiting van de belasting naar de N-Din- rail te leiden.
Controleer of alle aansluitingen vast en veilig in de klemmen gefixeerd zijn.
Flexibele kabels met meerdere draden mogen alleen met geïsoleerde ader-
eindhulzen gebruikt worden.
Afb. 2
8