Herstelling
Onderstaande tabel kan u helpen om eventuele
storingen te verhelpen.
In geval van een slecht functioneren en alvorens de
storing te analyseren, NEEM EERST VOLGENDE
VOORZORGSMAATREGELEN:
1. Het apparaat niet aansluiten op het net.
2. Controleer de staat van de isolatie van de b-kabels
(een verhitting of doorbranden kan een mogelijke
oorzaak zijn van de storing).
PROBLEEM
De voeding staat op ON,
het apparaat werkt niet.
De lamp gaat niet
branden.
De draaiknop is
geactiveerd, maar
enkele lampen branden
niet.
De verstreken tijd is niet
dezelfde als de tijd
aangeduid op de
draaiknop.
De lampen gaan niet
allemaal branden.
MOGELIJKE OORZAAK
Het toestel krijgt geen enkele voeding.
De lamp is stuk.
De lamp is verbrand.
De draaiknop is mogelijk losgekomen.
De potentiometer is mogelijk
losgekomen van het paneel.
Lampen zijn defect.
of tweede schakelaar staat op OFF.
of lage spanning.
of de hoofdschakelaar is stuk.
15
OPLOSSING
Controleer de hoofdzekering van uw
elektrische kast
Controleer de voedingsstekker van de
kabel.
Vervang de lamp.
De schroef op de draaiknop bijregelen
en aandraaien.
De moer die de potentiometer op het
paneel bevestigd, kalibreren en
aandraaien.
Vervang de kapotte lampen
.
Zet de tweede schakelaar op ON.
Controleer de hoofdvoeding.
Vervang de hoofdschakelaar.