~
De droogautomaat mag niet zonder pluizenzeven of met bescha-
digde zeven worden gebruikt. Er kunnen anders functiestoringen
optreden.
Pluizen verstoppen de luchtwegen, de condensor (warmtewisselaar)
en de verwarming. Brandgevaar!
Schakel de droogautomaat onmiddellijk uit en vervang de bescha-
digde pluizenzeef.
~
De pluizenzeven moeten regelmatig worden gereinigd!
~
De automaat mag niet zonder condensor (warmtewisselaar) wor-
den gebruikt.
~
Laat de pluizenzeven na een vochtige reiniging drogen. Door
vochtige pluizenzeven kunnen er tijdens het drogen functiestoringen
optreden!
~
Plaats uw droogautomaat in een vorstvrije ruimte. Temperaturen
die onder het vriespunt liggen, hebben een negatief effect op de
werking van het apparaat. Door bevroren condenswater in de pomp,
de afvoerslang of de warmtewisselaar (condensor) kan het apparaat
beschadigd raken. De temperatuur in de ruimte waar het apparaat
is opgesteld, dient tussen +2°C en +35°C te liggen.
~
Zorg bij externe afvoer van het condenswater dat de afvoerslang
niet kan wegglijden (als u de slang bijvoorbeeld in een wasbak
hangt). Als de slang wegglijdt, kan het wegstromende condenswa-
ter waterschade veroorzaken.
~
Condenswater is geen drinkwater. Het drinken van condenswater
kan schadelijk zijn voor de gezondheid van mens en dier.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
11