8
Inbedrijfstelling
8.12
Meten ionisatiestroom
▶ Gascondensatieketel buiten bedrijf stellen.
▶ Connector van de ionisatiekabel eruit trekken.
▶ Multimeter aan beide kanten van de steekverbinder (in serie) aan-
sluiten.
1.
Afb. 53 Aansluiten van de multimeter
▶ Multimeter op het meetbereik μA zetten.
▶ Gascondensatieketel in bedrijf stellen.
▶ Zorg ervoor, dat de gascondensatieketel zijn warmte kan afgeven.
▶ Schoorsteenvegerbedrijf starten ( hoofdstuk 7.3).
▶ Warmtevermogen op de kleinste waarde (deellast) instellen.
▶ Ionisatiestroom meten.
▶ Multimeter op het meetbereik μA zetten.
De ionisatiestroom moet minimaal 3 μA bedragen.
▶ Bij een lage waarde van de gas-luchtverhouding de
bewakingselektrode controleren.
▶ Waarde in het onderhoudsprotocol invullen ( hoofdstuk 11.15).
▶ Schoorsteenvegerbedrijf uitschakelen.
▶ Gascondensatieketel buiten bedrijf stellen.
▶ Multimeter verwijderen.
▶ Connector van de ionisatiekabel insteken.
▶ Gascondensatieketel in bedrijf stellen.
8.13
Controleren gasdichtheid
OPMERKING: Schade aan de gascondensatieketel door
kortsluiting.
▶ Bij gebruik van een gaslekdetectiespray connectoren
en elektrische kabels afdekken.
▶ Schoorsteenvegerbedrijf starten ( hoofdstuk 7.3).
▶ Zodra de LED "Brander Aan" brandt ( afbeelding 45, [6]), alle gas-
voerende delen met een goedgekeurd lekdetectiemiddel controle-
ren.
26
2.
6 720 807 034-64.1DDC
▶ Rubberdichting [1] bij de gloeiplug en bewakingselektrode op dicht-
heid controleren.
Afb. 54 Controleren van het gastraject
▶ Oorzaak van een eventueel lek bepalen en verhelpen.
▶ Schoorsteenvegerbedrijf uitschakelen.
8.14
Werking van de gascondensatieketel controleren
▶ De aangesloten regeling bevriezen en controleren, of de gasconden-
satieketel na enige minuten voor cv-bedrijf begint te branden.
▶ Indien van toepassing: een warmwaterkraan openen en de warmwa-
tertemperatuur en het warmwatervolume controleren.
8.15
Afsluitende werkzaamheden
▶ Monteer de mantel.
▶ Vul het inbedrijfstellingsprotocol in .
8.16
Gebruiker informeren
▶ De gebruiker vertrouwd maken met de cv-installatie en de bediening
van de gascondensatieketel.
▶ De gebruiker uitleggen, hoe de cv-installatie moet worden gevuld.
▶ De gebruiker erop wijzen, dat hij zelf geen ombouw, reparatie of on-
derhoud mag uitvoeren.
▶ Inbedrijfstelling in het protocol bevestigen ( hoofdstuk 8.17).
▶ De technische documentatie aan de gebruiker overhandigen.
8.17
Inbedrijfstellingsprotocol
▶ Uitgevoerde werkzaamheden voor de inbedrijfstelling ondertekenen
en datum noteren.
Inbedrijfstellingswerkzaamheden
1.
Cv-installatie vullen en ontluchten.
• Voordruk expansievat (installa-
tiehandleiding van het expan-
sievat in acht nemen)
• Vuldruk installatie
2.
Gassoort controleren aan de hand
van de typeplaat.
3.
Ontlucht de gasleiding.
4.
Verbrandingslucht-uitlaatgasaan-
sluiting controleren.
Tabel 15 Inbedrijfstellingsprotocol
Logamax plus GB162-70/85/100 V2 – 6720813438 (2021/07)
1
6 720 807 034-65.1DDC
Pagi-
Meetwaar-
na
den
23
_________ bar
8
_________ bar
9
23
23
Opmer-
kingen