Personen met een beperkt evenwichtsgevoel mogen niet op deze Elektrische Scooter
●
rijden.
Rij niet op de Elektrische Scooter wanneer onder de invloed van alcohol of andere
●
substanties.
Draag geen voorwerpen tijdens het rijden.
●
Zorg ervoor dat u een duidelijk zicht vooruit hebt, zodat u veilig op de Elektrische
●
Scooter kunt rijden.
Uw voeten moeten tijdens het rijden altijd op de voetenplank rusten.
●
De Elektrische Scooter kan slechts één persoon ondersteunen.
●
Niet abrupt starten of stoppen.
●
Rij niet op steile hellingen.
●
Rij niet op slecht verlichte of donkere plekken.
●
Gebruik de Elektrische Scooter op eigen risico, wij zijn niet aansprakelijk voor
●
ongelukken of schade.
Rij op een veilige snelheid waarop u op elk moment kunt stoppen.
●
Houd de Elektrische Scooter op voldoende afstand van andere personen en vermijd
●
aanrijdingen.
Stuur door balansverschuiving, snelle bewegingen kunnen leiden tot vallen.
●
Rij niet in de regen of in andere natte omstandigheden. De scooter is
●
spatwaterbestendig. Maar niet watervast.
Rij niet over obstakels, indien mogelijk, en vermijd sneeuw, ijs en gladde
●
oppervlaktes.
Indien mogelijk, rij niet over textiel, kleine takken en stenen.
●
Indien mogelijk, rij niet op nauwe plekken of op plaatsen met obstakels.
●
Op en van de Elektrische Scooter springen zal beschadiging veroorzaken die niet
●
wordt gedekt door de garantie. Er bestaat een risico op letsel. Letsel en schade
wegens stunts en trucs worden niet gedekt door de garantie.
Plaats één voet op het bord en zet met de andere voet af om te beginnen met rijden.
●
De motor kan pas worden gestart nadat het voertuig 3km/u bereikt.
13.5 Opladen
Zorg ervoor de Elektrische Scooter, lader en DV-stroomingang van het apparaat altijd
●
droog te houden.
22