Pagina 1
LAVAMAT 54810 Wasautomaat Informatie voor de gebruiker...
Pagina 2
Geachte klant, Lees deze gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door en bewaar deze voor naslag op een later tijdstip. Geeft u deze gebruikersinformatie a.u.b. aan de eventuele volgende ei- genaar door. De volgende symbolen worden in de tekst gebruikt: Veiligheidsvoorschriften Waarschuwing! Voorschriften die voor uw eigen veiligheid dienen. Let op! Voorschriften die ter voorkoming van schade aan het apparaat dienen.
Gebruiksaanwijzing 1 Veiligheid Voor de eerste ingebruikname • Volg de “Opstel- en aansluitinstructies” op. • Bij het in de wintermaanden leveren van het apparaat bij temperatu- ren onder het vriespunt: de wasautomaat voor de ingebruikname ge- durende 24 uur op kamertemperatuur laten acclimatiseren. Gebruik volgens de voorschriften •...
Algemene veiligheid • Reparaties aan wasautomaten dienen alleen door vakmensen uitge- voerd te worden. • Neem de wasautomaat nooit in gebruik als de stroomkabel, het be- dieningspaneel, het bovenblad of de voet van het apparaat dermate beschadigd zijn dat de binnenzijde van het apparaat open toeganke- lijk is.
Programma overzicht Programma Centrifuge- extra’s toerental Programma • • • • WITTE/BONTE WAS • • • • • 95, 60, 40, 30 KREUKHERSTELLEND • • • • 60, 40, 30 STRIJKVRIJ 40 • • • • FIJNE WAS • • •...
Pagina 9
Symbool Gebruik/Kenmerken onderhoud Energie besparend programma bij een temperatuur van 60 °C voor licht tot normaal vervuilde witte/bontewas van katoen/linnen. J M O Programma voor normaal tot sterk vervuilde witte/bonte was van katoen/ linnen. I K N Programma voor kreukherstellende gemengde weefsels en synthetische stoffen. Speciaal programma bij 40 °C voor kreukherstellend textiel, dat na dit program- ma nog slechts licht of zelfs helemaal niet hoeft te worden gestreken.
Voor het eerste gebruik van de wasautomaat 1. Wasmiddelschuiflade openen. 2. Ongeveer 1 liter water door de wasmiddelschuiflade in de wasautomaat gieten. Bij de volgende programmastart wordt daardoor het sopreservoir geslo- ten en kan de ECO-sluis naar behoren functioneren. 3. Om eventuele restanten van de fabricage te verwijderen uit de trommel en het sopreservoir, moet de eerste wasgang zonder wasgoed worden uitgevoerd.
Wasprogramma uitvoeren Vuldeur openen/Wasgoed vullen 1. Vuldeur openen: trek aan de greep van de vuldeur. De indicaties DEUR en START/PAUSE geven bij een ingeschakeld appa- raat aan of de vuldeur kan worden geopend: Vuldeur openen Indicatie DEUR Indicatie START/PAUSE mogelijk? knippert knippert ja, na ca.
• Vanaf waterhardheidsgebieden 2 (= middel) dient waterontharder ge- bruikt te worden. Het wasmiddel kan dan conform het waterhard- heidsgebied 1 (= zacht) worden gedoseerd. Informatie over de plaatselijke waterhardheid kunt u bij het betreffende waterwerk ver- krijgen. 1. De wasmiddellade tot aan de aanslag uittrekken. 2.
Centrifugetoerental wijzigen/Spoelstop kiezen De wasautomaat stelt het maximaal toelaatbare toerental voor dat ge- schikt is voor het gekozen program- ma. U kunt het toerental verlagen: Druk daarvoor zo vaak op de toets Centrifugeren/ (SPOELSTOP) tot de gewenste indicatie brandt. Het toerental voor het uiteindelijke centrifugeren kan tijdens het programma nog worden gewijzigd.
Extra programma’s kiezen Druk, indien gewenst op de extra programmatoets(en). De bijbeho- rende indicatie brandt. VOORWAS Warme voorwas voor de automatisch volgende hoofdwas, met tussen- tijds centrifugeren bij WITTE WAS/BONTE WAS en KREUKHERSTELLEND/ STRIJKVRIIJ, zonder tussentijds centrifugeren bij FIJNE WAS. KORT Kort wasprogramma voor licht vervuild wasgoed.
Starttijdkeuze instellen Met de toets STARTTIJDKEUZE kunt u de start van een wasprogramma uitstellen. 1. Programma kiezen 2. Een keer op de toets STARTTIJDKEUZE drukken, als het wasprogramma over 6 uur moet starten. De indicatie 6h brandt. Twee keer op de toets STARTTIJDKEUZE drukken, als het wasprogramma over 3 uur moet starten.
Programma onderbreken/Wasgoed bijvullen Programma onderbreken • Als gevolg van het indrukken van de toets START/PAUSE kan een pro- gramma op ieder gewenst moment worden onderbroken en door het opnieuw indrukken van de toets START/PAUSE weer worden voortge- zet. • Voor het voortijdig afbreken van een programma dient de program- makiezer op UIT gedraaid te worden.
Kinderbeveiliging Bij een geactiveerde kinderbeveiliging kan de vuldeur niet meer geslo- ten worden en kan geen wasprogramma worden gestart. Kinderbeveiliging instellen: De draaiknop (aan de binnenkant van de vuldeur) met een muntstuk, rechtsom tot de aanslag verdraaien. Waarschuwing! De draaiknop mag zich na het instellen van de draai- knop niet in ingedrukte positie be- vinden omdat anders de...
Reiniging en onderhoud Let op! Gebruik voor het reinigen van het apparaat geen reinigingsmid- delen voor meubels of agressieve reinigingsmiddelen. Neem het bedieningspaneel en de behuizing met een vochtige doek af. Reinigingswasgang Als er overwegend bij lage temperaturen wordt gewassen dient af en toe een kookprogramma te worden gedraaid.
Vuldeur en rubberen ring Regelmatig controleren, of afzettingen of vreemde voorwerpen zich in de naden van de rubberen ring of aan de binnenkant van het deurven- ster hebben afgezet. Deurvenster en rubberen ring regelmatig reinigen. Wat te doen als … Kleine storingen zelf oplossen Als de indicatie van het programmaverloop tijdens het in werking zijn een van de volgende foutmeldingen weergeeft:...
Pagina 20
Storing Mogelijke oorzaken Oplossingen Waterkraan is dichtgedraaid. Waterkraan opendraaien. Indicatie EINDE knip- Waterkraan dichtdraaien. pert 1x, terwijl gelijktij- Zeef in de schroefverbinding Slang van de waterkraan af- dig 1x een signaaltoon van de toevoerslang is ver- schroeven, zeef uitnemen en klinkt.
Storing Mogelijke oorzaken Oplossingen Er werd geen wasver- Inzetbakje voor de wasver- zachter ingespoeld, vak- zachter in het vakje voor Wasmiddellade schoonma- je w voor nabehandelingsmiddel is ken, inzetbakje voor de was- nabehandelingsmiddel niet goed bevestigd of is verzachter goed bevestigen. zit vol water.
Witte restanten op het wasgoed • Het betreft niet opgeloste bestanddelen van moderne wasmiddelen. Dit is niet het gevolg van onvoldoende spoelen. Wasgoed uitschudden of afborstelen. Eventueel het wasgoed in de toekomst voor het wassen binnenste buiten keren. Wasmiddelkeuze controleren. Met name bij donker wasgoed is het gebruik van een vloeibaar wasmiddel aan te bevelen.
Afvoerpomp De afvoerpomp is onderhoudsvrij. Het openen van het pompdeksel is alleen in het geval van een storing vereist als er geen water weg wordt gepompt, bijv. bij een geblokkeerd pompwiel. Controleer altijd voor het vullen met wasgoed of er geen vreemde voorwerpen in de zakken zitten of tussen het wasgoed aanwezig is.
Afvalverwerking Verpakkingsmateriaal De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en her- bruikbaar. De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpakkingsmaterialen in overeenstem- ming met de aanduiding bij de gemeentelijke inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers. Oud apparaat verwijderen Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit...
Technische gegevens Dit apparaat is in overeenstemming met de volgende EG-richtlijnen: – 73/23/EEG van 19.02.1973 Laagspanningsrichtlijn – 89/336/EEG van 03.05.1989 EMC-richtlijn inclusief aangepaste richt- lijn 92/31/EEG – 93/68/EEG van 22.07.93 CE-markeringsrichtlijn hoogte x breedte x diepte 850 x 598 x 603mm Diepte bij geopende vuldeur.
Instructies voor plaatsing en aansluiting 1 Veiligheidsinstructies voor het aansluiten • Deze wasautomaat is niet geschikt voor onderbouw. • Voor de ingebruikname dient het apparaat op transportschade ge- controleerd te worden. Een beschadigd apparaat in geen geval aan- sluiten. Neem in geval van schade contact op met uw leverancier. •...
Aansluiten van het apparaat Het apparaat transporteren Waarschuwing! De wasautomaat is zwaar. Verwondinggevaar! Voor- zichtigheid bij het optillen vereist. • Het apparaat niet op het voorfront en niet op de rechter zijkant (van- af de voorzijde gezien) neerleggen. De elektrische componenten kun- nen nat worden.
3. Beide kunststof kappen zijdelings eraf trekken. De speciale sleutel A en de afsluit- doppen B (2 stuks) en C (1 stuk) zijn bij het apparaat gevoegd. 4. Schroef D incl. drukveer met de spe- ciale sleutel A verwijderen. 5. Afsluitdop C volgens afbeelding om- keren.
• De opstellingsplaats dient schoon en droog te zijn en vrij te zijn van geleidende of glijdende oppervlakken zodat het apparaat niet weg kan glijden. • Bij opstellingsplaatsen op een vloer voorzien van een klein formaat tegels dient een in de handel verkrijgbare en daarvoor geschikte rub- bermat onder het apparaat geplaatst te worden.
Elektrische aansluiting Gegevens over de netspanning, stroomtype en de vereiste beveiliging zijn op het kenplaatje weergegeven. Het kenplaatje is in het gebied van de invulopening aangebracht. Wateraansluiting Let op! • Dit apparaat mag niet aan de warmwatervoorziening worden aange- sloten! •...
Watertoevoer Een drukslang met een lengte van 1,5meter is meegeleverd. Indien een langere toevoerslang vereist is, dient uitsluitend een origine- le slang gebruikt te worden. De klantendienst heeft slangensets in di- verse lengtes beschikbaar. De afdichtringen treft u in de moeren van de schroefverbinding van de slang aan of in de verpakking.
Waterafvoer Het hoogteverschil tussen de onderkant van de wasautomaat en de wa- terafvoer dient ten hoogste 1 meter te zijn. Voor een verlenging mogen uitsluitend originele slangen worden ge- bruikt. (max. 3 meter, op de vloer gelegd en tot een hoogte van 80 cm). De klantendienst heeft afvoerslangen in diverse lengtes beschikbaar.
Garantievoorwaarden België WAARBORGVOORWAARDEN Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. In- dien een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gas- soort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land.
Service Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de ge- bruiksaanwijzing (hoofdstuk ”Wat u moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen. Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze klantenservice of met een van onze servicepartners. Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de volgende gegevens nodig: –...