Inhoudsopgave
Advertenties
EKRHH
Daikin HomeHub
4P744838-1D – 2024.05
7
Gebruikssituatie 1 - PV-zelfverbruik voor Daikin Altherma
|
van de Daikin Altherma. De laagst mogelijke waarde komt overeen met de
minimum vereiste stroom voor veilig opstarten van de compressor. In dit
voorbeeld ligt de minimum PV-stroom ongeveer 50% hoger dan de minimum
opstartstroom.
Op tijdstip t0 is de tank koud en begint de compressor de tank op te warmen naar
het instelpunt, met een initiële stroompiek bij opstarten (a). Er wordt aangenomen
dat het stroomverbruik van de compressor langzaam toeneemt naarmate de
tanktemperatuur stijgt. Zolang het normale instelpunt niet is bereikt, houdt de unit
geen rekening met de PV-productie. Het stroomverbruik van de compressor kan
groter zijn dan het PV-overschot tijdens het initieel opstarten en tijdens de
weergegeven daling in de PV-productie.
Op tijdstip t1 is het instelpunt van de tank bereikt en is de unit klaar om zonne-
energie naar de tank te bufferen. Omdat het PV-overschot groter is dan de
instelling minimum PV-stroom, gaat de compressor door met het verwarmen van
de tank om energie in de tank te bufferen. Het gebied tussen de PV-productiecurve
en het energiegebied van de compressor is energie die nog steeds in het net wordt
geïnjecteerd.
Op tijdstip t2 is er voldoende PV-productie om de eerste trap van de elektrische
verwarming in te schakelen. De verwarming heeft een constant stroomverbruik.
Op tijdstip t3 neemt het huishoudelijk verbruik toe (bijvoorbeeld wanneer een
magnetron wordt ingeschakeld). Het PV-overschot volstaat niet meer om zowel de
compressor als trap 1 van de elektrische verwarming te ondersteunen, waardoor
de
elektrische
verwarming
compressorvermogen actief begrensd om overeen te komen met de PV-productie.
Hierdoor wordt injectie van stroom in het net op nul geregeld.
Op tijdstip t4 wordt een extra huishoudelijk apparaat (bijvoorbeeld een föhn)
ingeschakeld. Het PV-overschot volstaat niet meer voor de compressor, aangezien
het lager is dan het minimale vermogen waarbij de compressor nog kan draaien
voordat deze wordt uitgeschakeld (werking op minimumcapaciteit). Het algoritme
zorgt ervoor dat de compressor op minimumcapaciteit blijft werken, ten koste van
enig stroomverbruik uit het net. Als dit 5 minuten aanhoudt, wordt de compressor
uitgeschakeld. Het doel van de 5 minuten respijtperiode is om te voorkomen dat
de compressor vaak aan en uit gaat bij snelle schommelingen in PV-stroom of
huishoudelijk verbruik.
Op tijdstip t5 verloopt de respijtperiode en wordt de compressor uitgeschakeld.
Op tijdstip t6 worden de magnetron en föhn uitgeschakeld en keert het
huishoudelijk verbruik terug naar de basiswaarde. Er is een groot PV-overschot
(veel groter dan de instelling minimum PV-stroom) en zowel de compressor als de
trappen van de elektrische verwarming worden ingeschakeld.
Op tijdstip t7 volstaat het PV-overschot niet meer om de compressor en de twee
trappen van de elektrische verwarming te ondersteunen. Trap 2 van de elektrische
verwarming wordt uitgeschakeld.
Op tijdstip t8 is het PV-overschot verder gedaald en wordt ook trap 1 van de
elektrische verrwarming uitgeschakeld.
Op tijdstip t9 is het PV-overschot nog verder gedaald en wordt het
compressorvermogen actief begrensd om overeen te komen met de PV-productie.
Op tijdstip t10 wordt een extra huishoudelijk apparaat ingeschakeld. Er is geen PV-
overschot meer, er wordt stroom verbruikt van het net. Het algoritme zorgt ervoor
dat de compressor op minimumcapaciteit blijft werken gedurende de
respijtperiode.
wordt
uitgeschakeld.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
Verder
wordt
het
25
Advertenties
Inhoudsopgave
