Inhoudsopgave
Advertenties
5. Stel de lage DC-uitschakelspanning in op ten minste de BMS-
ontladingsbeveiligingsspanning plus 2 V.
29
Lage DC-
uitschakel
spanning
6. Stel de maximale laadsnelheid in, die lager moet zijn dan de maximale
laadsnelheid gespecificeerd door het GBS.
02
Maximale laadintensiteit:
De totale laadintensiteit
voor zonne- en netladers
moet worden
geconfigureerd.
Maximale oplaadstroom
= oplaadstroom van het
elektriciteitsnet +
oplaadstroom van
zonnepanelen.
Zorg ervoor dat de totale
oplaadsnelheid niet hoger
is dan de maximale
oplaadsnelheid die is
opgegeven door het GBS.
7. Stel het spanningspunt voor de terugkeer naar de stroombron in
wanneer u "SBU priority" of "Solar first" selecteert in programma 01.
De instelwaarde moet groter zijn dan of gelijk zijn aan de lage DC-
uitschakelspanning plus 1 V. Anders geeft de omvormer een
waarschuwing voor lage accuspanning weer.
1
Instelling van het
2
spanningspunt voor
de terugkeer naar de
Als 'zelf gedefinieerd' is geselecteerd in programma 5,
kan dit programma worden geconfigureerd.
De instelwaarde moet lager zijn dan de waarde in
programma 12.
De veranderingsslag bij elke klik is 0,1 V.
De lage DC-uitschakelspanning wordt ingesteld op de
ingestelde waarde, ongeacht de aangesloten
belasting.
Standaardinstellingen en bereiken:
24V-modellen: de standaardinstelling is 21,0 V. Het
instelbereik loopt van 20,0 V tot 27,0 V.
48V-modellen: de standaardinstelling is 42,0 V. Het
instelbereik loopt van 40,0 V tot 54,0 V.
60A (standaard)
Illustratie 91
48V-modellen: de standaardinstelling
is 46 V. Het instelbereik is 44,0 V tot
57,2 V voor het 48V-model, maar de
Als deze optie is
geselecteerd, loopt de
toegestane
laadintensiteit van 1 tot
de maximale SPEC-
laadintensiteit, maar mag
deze niet lager zijn dan
de AC-laadintensiteit
(programma 11).
Advertenties
Inhoudsopgave
