Optie
Parallel Port
Serial Port
SATA Operation
Drives
SMART Reporting
40
Beschrijving
en vroege OS netwerkomgeving
inschakelen.
Hiermee kunt u de parallelle poort op het
dockingstation instellen en configureren. U
kunt de parallelle poort als volgt instellen:
•
Disabled (Uitgeschakeld)
•
AT
•
PS2
•
ECP (Latitude 7440)
Hier worden de instellingen van de seriële
poort opgegeven en gedefinieerd. U kunt de
seriële poort als volgt instellen:
•
Disabled (Uitgeschakeld)
•
COM1 (Standaardinstelling)
•
COM2
•
COM3
•
COM4
OPMERKING: Het besturingssysteem kan
bronnen toewijzen, zelfs als de instelling
is uitgeschakeld.
Hiermee kunt u de interne SATA-vaste-
schijfcontroller configureren. De opties zijn:
•
Disabled (Uitgeschakeld)
•
AHCI
•
RAID On (RAID ingeschakeld)
(Standaardinstelling)
OPMERKING: SATA is geconfigureerd
om de RAID-modus te ondersteunen.
Hiermee kunt u de SATA-stations
configureren. De opties zijn:
•
SATA-0
•
SATA-1
•
SATA-2
•
SATA-3
Standaardinstelling: alle schijven zijn
ingeschakeld.
Met dit veld wordt bepaald of fouten met de
harde schijf voor de geïntegreerde apparaten
tijdens het opstarten worden gerapporteerd.
Deze technologie is onderdeel van de
specificatie SMART (Self Monitoring Analysis
en Reporting Technology).