Inhoudsopgave
Advertenties
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN I.V.M. DE ELEKTRISCHE AANSLUITING:
- Het systeem moet altijd geaard worden.
- De voedings- en de besturingskabels moeten altijd van elkaar gescheiden blijven.
- Om gevaar van verpletten of naslepen te voorkomen moet het automatische of het halfautomatische
systeem uitgerust worden met de volgende beveiligingssystemen: druklijst, fotocel, krachtregeling.
Indien de garagepoort zich aan een openbare weg bevindt moeten tenminste twee van de bovengenoemde
beveiligingen geplaatst worden (gekozen uit twee types of van hetzelfde type).
- Een beveiliging met een druklijst is enkel afdoende indien het veiligheidscontact de voeding van de garage-
poort aandrijving onderbreekt. Indien dit niet het geval is moet het veiligheidscontact aangesloten worden op
een andere veiligheidscomponent.
- Alle hierboven genoemde beveiligingssystemen moeten vooral de beweging van de garagepoort stoppen als
een object wordt waargenomen in het gebied waar het op dat moment niet toegelaten is. De beweging in de
omgekeerde richting is een niet verplichte optie. Het voltooien van de cyclus, zowel openen als sluiten, kan
hervat worden zodra het gebied weer vrij is.
- De aansluiting moet overeenkomstig de geldende normen gerealiseerd worden.
- Alle onderhouds-, reparatie- en afstelwerkzaamheden moeten door vakmensen uitgevoerd worden.
OPGELET:
Deze handleiding beschrijft enkel de aansluitingen en instellingen noodzakelijk voor het proef-
draaien van de aandrijving!
Raadpleeg steeds de handleiding van de T101F-besturing voordat u de besturing aansluit of de
aandrijving in dienst stelt!
AANSLUITINGEN EN INSTELLINGEN:
- Netspanning uitschakelen voor u met de aansluiting of programmering begint!
- Volgende aansluitingen zijn reeds voorbekabeld:
- Motor
- Garageverlichting
- Draadbrugjes: klem 9, 10 en 11 moeten verbonden zijn met klem 12.
Indien er impulsgevers of veiligheidstoebehoren aangesloten worden om deze ingangen moeten de respectievelijke
brugjes verwijderd worden. Let op dat de niet gebruikte klemmen verbonden blijven met klem 12.
- Zorg ervoor dat de DIP-schakelaars als volgt ingesteld zijn:
DIP-schakelaar nr. 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 op OFF
DIP-schakelaar nr. 8, 9 en 10 op ON
- Ontgrendel de aandrijving en sluit de poort met de hand. Stel de rechter eindschakelaar zodanig dat
hij ingedrukt wordt als de poort gesloten is.
Opmerking: nadat de eindschakelaar geactiveerd wordt voert de motor nog een sluiten-impuls uit op vol
vermogen om de poort te vergrendelen.
- Open de poort met de hand en stel de linker eindschakelaar zodanig dat hij ingedrukt wordt als de
poort volledig open is.
Vergeet niet de stelschroeven van de eindschakelaars terug vast de draaien.
- Netspanning aansluiten: klem 1 en 2: 230Vac 5A
- Controlleer de toestand van de LED's:
- alle rode LED's (A, C, S, J en F) moeten oplichten;
- de groene LED (P) moet uit zijn.
PROGRAMMEREN VAN DE WERK- EN PAUZETIJDEN:
- Netspanning uitschakelen.
- Poort met de hand half openen en terug vergrendelen.
- Druk op de PROG.-drukknop en schakel, terwijl u de drukknop indrukt, de netspanning terug in. Blijf de
drukknop minimaal 5 seconden lang ingedrukt houden tot de programmeer-LED L1 aan gaat.
- Druk op de Start/Stop-drukknop: de poort begint te sluiten. Nadat de poort volledig gesloten is (eind-
schakelaar bereikt) opent ze automatisch.
- Als de poort volledig geopend is (eindschakelaar bereikt) laat u de gewenste pauzetijd verstrijken en daarna
drukt u op de Start/Stop-drukknop. Als er geen automatisch sluiten ingesteld is (Dip-schakelaar 6 op OFF),
dan kunt u meteen op de Start/Stop-drukknop drukken.
De poort sluit terug.
- Het einde van de programmeercyclus is bereikt en de LED L1 gaat uit.
AANSLUITING
aarding: aansluitklem rechtstreeks op de elektromotor
7
Advertenties
Inhoudsopgave
