F
Aanbevolen aanlooprichtingen: langs voor of zijdelings
4.5 Afstelling
De gele LED signaleert de detectie van de bediensleutel door een permanent signaal en de bediening van de
veiligheidssensor in het hysteresebereik door een knippersignaal.
F
Aanbevolen afstelling
Veiligheidssensor en bediensleutel op een afstand van 0,5 x s
De correcte functie van de beide veiligheidskanalen moet vervolgens via de aangesloten veiligheidsmodule
gecontroleerd worden.
5 Elektrische aansluiting
5.1 Algemene opmerkingen betreffende de elektrische aansluiting
2
De elektrische aansluiting mag uitsluitend in spanningsloze toestand door gemachtigd en gekwalificeerd personeel
uitgevoerd worden.
De veiligheidsuitgangen kunnen rechtstreeks opgenomen worden in het veiligheidscircuit van de besturing. Voor
toepassingen in PL e / categorie 4 volgens EN ISO 13849-1 moeten de veiligheidsuitgangen van de
veiligheidssensor of de sensorketting op een veiligheidsmodule van dezelfde categorie aangesloten worden.
De vereiste elektrische kabelbescherming moet in de installatie worden voorzien.
Bij het leggen van stuurstroombedrading is een afscherming niet noodzakelijk. De leidingen moeten echter
gescheiden worden van de toevoerleidingen en de energieleidingen. De maximale zekering van een sensorketen
voor de leidingsbeveiliging is afhankelijk van de doorsnede van de aansluitkabel van de sensor.
Vereisten voor de te gebruiken veiligheidsmodule:
Tweekanalige veiligheidsingang, geschikt voor p-schakelende sensoren met verbreekfunctie
F
Meer informatie voor het kiezen van geschikte veiligheidsmodules vindt u in de Schmersal catalogi of in de online
catalogus: products.schmersal.com.
Als alternatief voor een veiligheidsmodule kunnen ook de veiligheidssensoren van de serie CSS 34F0 of CSS 34F1
als eerste sensor van een serieschakeling gebruikt worden voor de directe aansturing en bewaking van externe
relais (cf. bedieningshandleiding CSS 34F0 / CSS 34F1).
De sensoren testen hun veiligheidsuitgangen door cyclische uitschakeling. De veiligheidsmodule hoeft niet
noodzakelijk met dwarssluitdetectie uitgerust te zijn. De uitschakeltijden moeten door de veiligheidsmodule
getolereerd worden. De uitschakeltijd van de veiligheidssensor is mede afhankelijk van de kabellengte en de
capaciteit van de gebruikte kabel. Typisch wordt een uitschakeltijd van 250 µs bereikt met een aansluitkabel van 30
m.
uitlijnen.
ao
14-25