2.1 Inbouw van de temperatuursensor
De inbouwpositie van de temperatuursensor
is willekeurig. Deze moet over de gehele
lengte in het te regelen medium steken. De in-
bouwplaats moet zodanig worden gekozen,
dat er geen oververhitting of dode tijd kan
optreden.
Op de inbouwplaats moet een inlasmof met
G 1/2 (voor Ø sensor = 9,5 mm) resp.
G 3/4 (voor Ø sensor = 16 mm) binnen-
draad worden ingelast.
Stopbuskoppeling of dompelhuls in de inge-
laste sok plaatsen. Sensor inschuiven en met
klemschroef bevestigen.
Opgelet: om corrosieschade te voorkomen,
moet bij de inbouw van de sensor of een
dompelbuis er absoluut op worden gelet, dat
alleen gelijksoortige materialen worden ge-
bruikt. Zo moet worden voorkomen dat in
een warmtewisselaar van RVS een tempera-
tuursensor of dompelbuis van koperlegering
wordt geplaatst. In dit geval moet voor de
sensor een dompelbuis van RVS worden ge-
bruikt.
Setpointbereik °C
Sensordiameter mm
Verandering per verdraaiing K
˚
C
150
140
120
100
80
60
40
20
0
0
Afb. 3 · Insteldiagrammen voor regelaars type 43-1, 43-2, 43-3, 43-5 en 43-7
0 ... 35
9,5
16
2,5
2
DN 15 ... 25
Setpointbereiken
70...150
50...120
40...100
25...70
0...35
1
2
3
4
Slagen (schaalmarkering)
2.1.1 Verbindingsleiding
De verbindingsleiding moet zodanig worden
geïnstalleerd, dat er geen mechanische be-
schadiging kan optreden. De kleinste buigra-
dius mag niet minder zijn dan 50 mm. De
overtollige lengte van de verbindingsleiding
moet worden opgerold en mag in geen geval
worden geknikt of ingekort. Op de verbin-
dingsleiding mogen geen grote temperatuur-
variaties inwerken.
3. Bediening
3.1 Instelling gewenste waarde
Gewenste waarde met zwarte kunststof ring
(setpoint-insteller 8) met behulp van de refe-
rentiethermometer instellen. De insteldia-
grammen hierna zijn bedoeld om een eerste
beginwaarde te bepalen.
Traploos naar rechts draaien geeft lagere
temperaturen, naar links draaien hogere. De
ingestelde waarde kan via het gat (14) wor-
den verzegeld.
25 ... 70
40 ... 100
9,5
16
9,5
3
2
4
˚
C
150
140
120
100
80
60
40
20
0
0
1
50 ... 120
16
9,5
16
3
4
4,5
DN 32 ... 50
Setpointbereiken
70...150
50...120
40...100
25...70
0...35
2
3
4
70 ... 150
9,5
16
4,5
5
3