Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Zonenaam Instellen; Het Subwooferfilter Aanpassen; Extra Audio-Instellingen Voor Een Zone Aanpassen; Voedingsopties - Fusion Apollo MS-WB670 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Apollo MS-WB670:
Inhoudsopgave

Advertenties

4
Selecteer de zone die u wilt aanpassen.
5
Selecteer TOON.
6
Druk op de knop om een toon te selecteren.
7
Draai de knop om het niveau aan te passen.

Een zonenaam instellen

U kunt een naam voor een luidsprekerzone instellen om deze
gemakkelijker te kunnen identificeren.
1
Selecteer
> Instellingen.
2
Selecteer de naam van deze stereo.
3
Selecteer ZONE.
4
Selecteer een zone.
5
Selecteer ZONENAAM.
6
Voer een naam in met behulp van het toetsenbord op het
scherm en selecteer

Het subwooferfilter aanpassen

U kunt via de instelling voor het subwooferfilter de
subwooferafsluitfrequentie voor elke zone regelen om de door
luidsprekers en subwoofer geproduceerde geluidsmix te
verbeteren. Audiosignalen boven de geselecteerde frequentie
worden niet doorgegeven aan de subwoofer.
OPMERKING: Als een DSP-instelling is toegepast op een zone,
kan deze instelling niet worden gewijzigd op de stereo. U kunt
de DSP-instelling voor de optimale afsluitfrequentie weergeven
zoals berekend door de DSP-controller, maar u kunt deze niet
aanpassen.
1
Selecteer
> Instellingen.
2
Selecteer de naam van deze stereo.
3
Selecteer ZONE.
4
Selecteer een zone.
5
Selecteer SUBWOOFERFREQUENTIE.
6
Selecteer een frequentie.

Extra audio-instellingen voor een zone aanpassen

1
Selecteer
> Instellingen.
2
Selecteer de naam van dit toestel.
3
Selecteer ZONE.
4
Selecteer een zone.
5
Selecteer MEER.
6
Selecteer een of meer opties:
• Als u het maximumvolume voor deze zone wilt beperken,
selecteert u VOLUMELIMIET en stelt u het niveau in.
• Als u het subwooferniveau voor deze zone wilt instellen,
selecteert u SUBWOOFERNIVEAU en stelt u het niveau
in.
• Als u de balans van rechter- en linkerluidspreker voor
deze zone wilt bijstellen, selecteert u BALANS en stelt u
de balans in.

Voedingsopties

Selecteer
, selecteer de naam van de stereo, en selecteer
Instellingen > VOEDINGSOPTIES.
SYSTEEM UIT: Verzendt een signaal om alle toestellen die zijn
verbonden met het netwerk uit te schakelen.

Netwerkinstellingen

Selecteer
> Instellingen > NETWERK.
DHCP-CLIENT: Hiermee stelt u het toestel in als DHCP-client.
Dit is de standaardinstelling voor alle toestellen die niet zijn
geconfigureerd als DHCP-server of draadloos toegangspunt.
STATISCHE IP: Hiermee kunt u een statisch IP-adres voor het
toestel instellen
(Een vast IP-adres instellen, pagina
12
.
GARMIN MARINE NETWORK: Hiermee kan het toestel worden
gebruikt op een Garmin
worden bekeken en bediend met aangesloten Garmin
kaartplotters
Garmin Marine Network, pagina
DETAILS: Geeft informatie over de netwerkconfiguratie weer.
SLA OP: Hiermee kunt u wijzigingen in de netwerkinstellingen
opslaan.

De stereo instellen als de DHCP-server

Als u meer dan twee netwerktoestellen direct of met een
netwerkswitch of draadloos toegangspunt hebt verbonden en
geen router hebt geïnstalleerd, dient u slechts één Fusion
PartyBus stereo te configureren als DHCP-server.
OPMERKING: Hoewel de Fusion PartyBus met elkaar kunnen
communiceren zonder een DHCP-server in het netwerk, duurt
het langer voordat de toestellen verbinding met elkaar maken
wanneer u ze voor het eerst inschakelt. Het wordt ten zeerste
aanbevolen een goed geconfigureerde DHCP-server op het
netwerk te hebben voor de beste resultaten.
1
Selecteer
> SLA OP.
U moet de stereo zo instellen dat er een statisch IP-adres
wordt gebruikt voordat u deze als een bekabelde DHCP-
server kunt instellen.
2
Selecteer GEAVANCEERD > DHCP-SERVER > DHCP
INGESCHAKELD > SLA OP.
U kunt het IP-adresbereik van de DHCP-server configureren
(DHCP-instellingen, pagina

Een vast IP-adres instellen

Als de stereo is geconfigureerd als statische IP, wordt
automatisch het IP-adres 192.168.0.1 toegewezen. U kunt dit
IP-adres wijzigen.
Als de stereo een DHCP-client op het netwerk is en u niet wilt
dat de DHCP-server automatisch een IP-adres toewijst aan de
stereo, kunt u een vast IP-adres instellen.
OPMERKING: Elk toestel op het netwerk moet een uniek IP-
adres hebben. Als u een vast IP-adres selecteert dat hetzelfde
is als het IP-adres op het netwerk, werken de toestellen niet
goed.
1
Selecteer
2
Selecteer een optie:
• Als u het IP-adres wilt instellen, selecteert u IP en voert u
het IP-adres in.
• Als u het subnetmasker wilt instellen, selecteert u
MASKER en voert u het subnetmasker in.
OPMERKING: Het subnetmasker moet overeenkomen
met alle andere toestellen op het netwerk om goed te
werken. Een veelgebruikt subnetmasker is 255.255.255.0.
• Als u het IP-adres van de standaardgateway wilt instellen,
selecteert u GATEWAY en voert u het IP-adres van de
gateway in.
OPMERKING: De standaardgateway wordt doorgaans
ingesteld als het IP-adres van de DHCP-server op het
netwerk.
3
Selecteer SLA OP.

DHCP-instellingen

Selecteer
> Instellingen > NETWERK > GEAVANCEERD >
DHCP-SERVER.
DHCP INGESCHAKELD: Hiermee stelt u het toestel in als de
DHCP-server op het netwerk.
START-IP: Hiermee stelt u het eerste IP-adres in het IP-
adresbereik van de DHCP-server in.
12).
Marine Network, zodat het kan
®
(De stereo configureren voor gebruik met een
13).
> Instellingen > NETWERK > STATISCHE IP
12).
> Instellingen > NETWERK > STATISCHE IP.
Algemene instellingen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave