Er zal altijd een bepaalde hoeveelheid rijp
worden gevormd op de vriesvakken en rond
het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een
dikte van ongeveer 3-5 mm heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel en
leg het op een koele plaats.
LET OP!
Een temperatuurstijging tijdens het
ontdooien van de ingevroren
levensmiddelen kan de veilige
bewaartijd verkorten.
Raak bevroren levensmiddelen niet
met natte handen aan. Uw handen
kunnen dan aan het voedsel
vastvriezen.
3. Laat de deur open staan. Bescherm de
vloer tegen het dooiwater met bijv. een
doek of een platte opvangbak.
4. Om het ontdooiproces te versnellen, kunt
u een pan met warm water in het vriesvak
plaatsen. Verwijder bovendien stukken ijs
8. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Zie de hoofdstukken over veiligheid.
8.1 Wat te doen als...
Probleem
Het apparaat werkt niet.
Het apparaat is lawaaiig.
Er is een hoorbaar of zichtbaar
alarm.
die loskomen voordat het ontdooien
voltooid is.
5. Maak de binnenkant grondig droog na
afloop van het ontdooien.
6. Zet het apparaat aan en sluit de deur.
7. Zet de thermostaatknop op de maximale
koude en laat het apparaat minstens drie
uur in deze instelling werken.
Plaats het eten pas na deze tijd terug in het
vriesvak.
7.5 Periode dat het apparaat niet
gebruikt wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als
het apparaat gedurende lange tijd niet
gebruikt wordt:
1. Koppel het apparaat los van de
stroomtoevoer.
2. Verwijder alle etenswaren.
3. Ontdooi het apparaat.
4. Reinig het apparaat en alle accessoires.
5. Laat de deuren geopend om
onaangename luchtjes te voorkomen.
Mogelijke oorzaak
Het apparaat werd uitgeschakeld.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Het apparaat staat niet stabiel.
De deur is open blijven staan.
Oplossing
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Sluit het apparaat aan op een an‐
der stopcontact. Neem contact op
met een erkend elektrotechnisch
installateur.
Controleer of het apparaat stabiel
staat.
Sluit de deur.
NEDERLANDS
15