4
Druk op OK wanneer een
foto wordt weergegeven.
De afspeelregelingspictogrammen
worden onder aan het projectiescherm
weergegeven. U kunt de volgende
afspeelfuncties gebruiken.
•
Draai een foto rechtsom of linksom
•
Diavoorstelling starten
•
De foto in zijn oorspronkelijke staat
herstellen
•
Toegang tot de huidige
bestandsgegevens.
5
Selecteer een besturingsfunctie en druk op
OK om de besturing te activeren.
16
9 Instellingen
wijzigen
Deze sectie helpt u bij het wijzigen van de
instellingen van de projector.
Beeldinstellingen
1
Druk op
.
2
Selecteer Settings (Instellingen) en druk op
OK.
3
Selecteer Picture Settings
(Beeldinstellingen) en druk op OK.
4
Selecteer een afbeeldingsoptie en druk
vervolgens op / voor het wijzigen van:
•
Brightness (Helderheid): Stel de
kleurhelderheid in.
•
Contrast: Stel het kleurcontrast in.
•
Verzadiging: Stel de kleurverzadiging in.
•
Scherpte: Stel de beeldscherpte in.
Wifi-instellingen
1
Druk op
.
2
Selecteer Settings (Instellingen) en druk op
OK.
3
Selecteer WiFi Settings (WiFi-instellingen)
en druk op OK.
4
Via de wifi-instellingen kunt u de volgende
wijzigingen aanbrengen:
•
Wifi in- of uitschakelen op de projector.
•
De projector verbinden met het internet.
Gebruik het virtuele pop-uptoetsenbord
om letters en cijfers in te voeren.
•
Het wachtwoord van het wifi-netwerk
wijzigen dat door de projector is
aangemaakt. Gebruik het virtuele pop-
uptoetsenbord om letters en cijfers in te
voeren.
•
De naam van de projector die wordt
weergegeven in het wifi-netwerk
wijzigen. Gebruik het virtuele pop-
uptoetsenbord om letters en cijfers in te
voeren.
Philips · NeoPix Prime One