Inhoudsopgave
Advertenties
•
Nabijheidssensor: Ingebedde nabijheidssensor vraagt de
monitor om de stroomspaarstand te schakelen wanneer het
detecteert dat de gebruiker 180 seconden weg is en hervat
de normale werking wanneer de gebruiker terug komt. De
functie past de sensorgevoeligheid aan overeenkomstig
gebruiksgewoonte–50cm(Laag)/80cm(Gemiddeld)/110cm(Hoog).
•
Voedingsindicator: Schakel de voedings-LED aan/uit.
•
Slot voedingsknop: De voedingsknop in- of uitschakelen.
•
Toetsvergrendeling: Schakel deze functie in om alle
functietoetsen uit te schakelen. Druk de knop Navigatie langer
dan vijf seconden in om de toetsvergrendelingsfunctie te
annuleren.
•
Vermogensinstelling: Selecteer de vermogensinstellingsmodus.
Als de instelling is ingesteld op Standaard, kan dit leiden tot
een hoger energieverbruik. Als de instelling aan de andere kant
is ingesteld op Stroomspaarstand, kan het leiden tot beperkte
luminantieprestaties.
•
OSD-instelling: Comfigureer de instellingen gerelateerd aan het
OSD-menu.
•
•
•
•
•
Schermbescherming:
•
3-12
•
De gevoeligheid van de sensor zou beïnvloed
kunnen worden door de omgevingsverlichting,
de kleur van de kleding van gebruikers en de
gebruikshoek van de monitor.
Standard mode setting may result in higher
power consumption. Power saving mode may
cause limited luminance performance.
Would you like to switch to Standard mode?
YES
NO
OSD-Positie: Stel de positie van het OSD-menu in.
OSD Timeout: Pas de OSD-onderbreking aan.
Doorzichtigheid: pas de OSD-achtergrond aan van
ondoorzichtig naar doorzichtig.
DDC/CI: Schakel de DDC/CI-functie in/uit.
Screensaver: Schakelt de screensaverfunctie in of uit. De
schermhelderheid neemt automatisch af als er geen wijziging
is op het scherm.
Power Setting
Hoofdstuk 3: Algemene gebruiksaanwijzing
Advertenties
Inhoudsopgave
