Aansluitingen
Volg deze instructies om apparatuur op de projector aan te sluiten:
1. Schakel alle apparatuur uit voordat deze aansluit.
2. Gebruik de juiste signaalkabels voor elke bron.
3. Zorg dat de kabels goed zijn geplaatst.
Smart-
apparaat
9
5
5
Luidsprekers
• Voor een stabiele stroomtoevoer sluit niet gelijktijdig apparatuur aan op beide usb-poorten van type-A.
• De HDMI2/MHL- en USB TYPE-A-poorten kunnen niet gelijktijdig als stroomtoevoer dienen. De
energie-uitvoer gebeurt ofwel via de HDMI2/MHL-poort ofwel via de USB TYPE-A-poort. Let op dat de
standaard energie-uitvoer via de USB TYPE-A-poort loopt. Als u iets aansluit op de HDMI2/MHL-poort, stelt
u in het OSD-menu MHL-aan/uitschakelaar in op Aan zodat de dongle van energie wordt voorzien. Zie ook
MHL-aan/uitschakelaar op pagina 39.
WIRELESS DONGLE) moet u in het OSD-menu MHL-aan/uitschakelaar weer instellen op Uit.
AV-apparaat
5
7
6
8
8
10
7
1
Laptop of
desktopcomputer
Als u hierna iets aansluit op de USB TYPE-A-poort (geldt ook voor de
Beeldscherm
4
1
2
3
VGA-kabel
1
VGA-naar-DVI-A-kabel
2
Usb-kabel
3
Componentvideo-naar-
VGA (D-sub)
4
adapterkabel
Audiokabel
5
Usb-kabel
(A-naar-micro-B)
aansluiten naar
6
hdmi-dongle voor
stroomtoevoer
Hdmi-kabel
7
Hdmi-dongle (QCast,
8
QCast Mirror, enz.)
Draadloze usb-dongle
9
Usb-flashdrive
10
Aansluitingen
19