Littfinski Daten Technik TT-DEC Handleiding pagina 5
Verberg thumbnails
Zie ook voor TT-DEC:
- Bouwhandleiding (2 pagina's) ,
- Handleiding (7 pagina's) ,
- Handleiding (7 pagina's)
Advertenties
Bühler electronic GmbH • Ulmenstraße 43 • 15370 Fredersdorf / Germany • www.ldt-infocenter.com
D
RAAISNELHEID INSTELLEN
Kijk nu naar het "TT-DEC"-handboek om de draaisnelheid van de
draaischijf in te stellen. Gebruik daarbij de toetsen >Turn< (
>Draairichting< (
beschreven is.
S
POORAANSLUITINGEN HERKENNEN EN PROGRAMMEREN
In de volgende stap moeten alle gebruikte spooraansluitingen van je
draaischijf zowel in de draaischijfdecoder als in TrainController™ worden
herkend.
De gebruikte spooraansluitingen worden daarbij onderverdeeld in actieve
en passieve aansluitingen:
Actieve spooraansluitingen
Locomotieven kunnen over actieve aansluitingen in- en uitrijden.
Passieve spooraansluitingen
kan gedraaid worden maar die niet met de spoorbaan verbonden zijn.
Dikwijls bevat een passieve aansluiting een kort stukje doodlopend spoor.
Locomotieven kunnen over een passieve aansluiting niet in- en uitrijden.
Desalniettemin zijn deze passieve aansluitingen voor de besturing
belangrijk omdat zij de mogelijkheid beiden om in geval van problemen
met de draaischijf daar naartoe te draaien.
Denk er aan dat alle actieve en passieve aansluitingen voor de besturing
van de draaischijf van belang zijn. Voor de draaischijfdecoder is het niet
van belang of een spooraansluiting al dan niet met de rest van de baan
verbonden is. Toch moet de decoder zo nodig de cabine van de draaischijf
ook naar een passieve aansluiting kunnen laten draaien wanneer een loc
de draaischijf via een tegenoverliggende (actieve) aansluiting in een
bepaalde richting moet kunnen verlaten.
Zodus: in de draaischijfdecoder moeten steeds de
spooraansluitingen geprogrammeerd worden. Voor de doder is het
immers eender of de aan te sturen uitgang alleen maar een kort dood
lopend stukje is of niet.
In
het
setup-scherm
spooraansluitingen in rekening genomen.
S
POORAANSLUITINGEN IN DE
Programmeren – verloop:
1. Druk 2x kort op de toets S1 van de draaischijfdecoder "TT-DEC". De
groene LED knippert.
2. Klik aansluitend op de toets >Input< (
uit en de draaischijf draait mogelijk naar het laatst geprogrammeerde
referentiespoor.
3. Draai de draaischijf met de toets >Step< (
naar spoor 1 (referentiespoor).
LDT Digitaal-Compendium TT-DEC-TC-001_13_nl
resp.
zijn met de sporen van de baan verbonden.
betreffen plaatsen naar waar de draaischijf
daarentegen
worden
TT-DEC
PROGRAMMEREN
Littfinski DatenTechnik (LDT)
) zoals in het handboek
actieve en de passieve
enkel
de
actieve
). De rode LED dooft kort
of
Pagina 5 / 11
) en
)
Advertenties
