12
Aan de slag
Trek de stekker van de netadapter uit de wandcontactdoos wanneer de handset
niet automatisch wordt aangezet en herhaal vanaf stap 9. Raadpleeg wanneer
dat niet helpt "Handsets aanmelden" op pagina 69.
Wanneer de batterij is opgeladen, is de handset gereed voor gebruik. Zie voor
meer informatie over het opladen van de batterij "Batterijeenheid".
Belangrijk
Het is belangrijk dat u de IPEI-code noteert. U hebt deze eventueel nodig voor
het resetten van de PIN-code van de handset. Raadpleeg voor meer informatie
"IPEI-code tonen" op pagina 57.
N.B.
Wij adviseren u om de PIN-code van het basisstation meteen na het
installeren van de draadloze telefoon te wijzigen. Zie voor meer informatie
"PIN-code van het basisstation wijzigen" op pagina 56. Zie ook "Overzicht
van PIN en andere codes" op pagina 58 voor de PIN-code van de handset en
het basisstation.
Werkbereik
U kunt gebruikmaken van de handset binnen het bereik van het basisstation.
Buiten dit gebied verliest u het contact met het basisstation en verdwijnt de
signaalsterkte-indicator van het display. Het waarschuwingslampje gaat
knipperen en er zullen korte snelle waarschuwingspiepjes te horen zijn.
Geef voor een optimaal gebruik van het werkbereik uw basisstation een
centrale plaats.
BATTERIJEENHEID
De handset werkt op een oplaadbare batterijen. U kunt een lege batterijeenheid
maximaal opladen door de handset drie uur lang in het basisstation te plaatsen.
Een volledig opgeladen batterijeenheid biedt u maximaal 15 uur spreektijd of
maximaal 100 uur standby-tijd. De handset heeft een batterijmeter die aangeeft
hoeveel vermogen de batterijeenheid nog bezit.
N.B.
De handset werkt op een nikkelmetaalhydride (NiMH) batterijen. Deze
kan op elk moment worden opgeladen. Om de batterijen volledig opgeladen te
houden, kunt u de handset zonder enig probleem in het basisstation plaatsen en/
of laten staan.