Xanura
™
4.2
De CAX
(Communicatie Access Xanura)
De bedieningselementen
1. Panic
Met deze rode toets wordt direct het
paniek alarm ingeschakeld.
2. Arm Home
Alarmfunctie voor als u thuis bent.
Alle bedrade sensoren worden
geactiveerd, terwijl de bewegings-
sensors uit blijven.
3. Arm Away
Volledig alarm. Alle sensoren worden
geactiveerd.
4. Bypass
Wanneer een sensor bij het
inschakelen van het alarm meldt dat
er een probleem is geconstateerd (b.v.
raam open), dan kunt u ervoor kiezen
om deze sensor niet te activeren. U
dient dan tijdens de weergave van het
tweetonige 'foutsignaal' de toets
'Bypass' in te drukken en daarna het
alarm opnieuw in te schakelen. De
zone-indicator van de betreffende
sensor knippert snel. Zodra het raam
wordt gesloten, wordt de bypass
verwijderd en wordt de sensor weer
in het systeem opgenomen.
5. Disarm
Schakelt na het invoeren van de juiste
4 cijferige toegangscode het alarm uit.
6. Systeem indicatoren
• Record - Brandt tijdens het
opnemen en het weergeven van de
persoonlijke meldtekst.
• Jamming - Indicatie bij de
herkenning van externe
stoorsignalen (zie 5.6).
• Arm - Brandt wanneer het alarm is
ingeschakeld.
• Battery low - Brandt wanneer de
noodstroombatterij van de CAX
vervangen moet worden.
• Power - Ter controle van de net-
adapter. Brandt bij normaal bedrijf.
6
MBO 1991 422-401 CA
1
2
3
7
4
5
22
21
23
7. Toetsenbord
Voor het programmeren en bedienen
van het beveiligingssysteem.
8. Unit ON / Unit OFF
Voor het bedienen van Xanura
huisautomatisering modules (zoals de
schakelactor). Via het toetsenbord
wordt eerst het modulenummer
ingetoetst. Daarna kan met de Unit
On/Unit Off toets de module aan en
uitgeschakeld worden.
9. Bright/Dim
Voor het regelen van de sterkte van
verlichting welke is aangesloten op
dimactoren. Via het toetsenbord wordt
eerst het modulenummer ingetoetst.
Daarna kan met de Bright/Dim
toets de verlichtingsterkte worden
geregeld (bright = feller, dim =
zwakker).
10. All Lights ON/OFF
Voor het verzenden van
All lights On / all Units Off.
6
8
9
10
11
20
11. Microphone
Zeer gevoelige microfoon voor:
• Inspreken van de meldtekst.
• Inluisteren in het beveiligde object
via de telefoon tijdens een
alarmmelding.
12. RUN 1, RUN2, Install schakelaar
• RUN1 - Alarm in normaal bedrijf.
• RUN2 - Alarm in normaal bedrijf.
Als extra zal de CAX bij het openen
van de met een deur/raamsensor
beveiligde deur, een prettig
klinkende ding-dong laten horen
(toegangscontrole).
• INSTALL - Schakelt de CAX in de
installatie-functie voor het
aanmelden van sensoren en
afstandsbedieningen en voor het
wijzigen van de instellingen.
13. Enter
Wordt gebruikt tijdens het instellen
van het systeem.
12
13
14
15
16
17
18
19