DAGELIJKS GEBRUIK
DE KOOKPLAAT IN-/UITSCHAKELEN (AAN/UIT)
Om de kookplaat in te schakelen houdt u de inschakeltoets circa 1 seconde
ingedrukt,
tot het display oplicht .
Als er geen functie is geselecteerd, wordt de kookplaat na 10 seconden
automatisch uitgeschakeld .
Druk op dezelfde toets om de kookplaat uit te schakelen tot het display wordt
uitgezet en alle kookzones worden uitgeschakeld .
BEREIDINGSZONE SELECTEREN
De gewenste bereidingszone wordt geselecteerd op het display door op het
betreffende
paneel te drukken .
Speciaal
VOEG POT TOE
Als de kookplaat geen pot detecteert, wordt de betreffende melding
weergegeven op het display .
BEREIDINGSZONE IN/UITSCHAKELEN EN KOOKVERMOGENS REGELEN
De kookzones inschakelen:
1 .
Schakel de kookplaat in . Als een recipiënt al op zijn plaats staat, detecteert
het kookelement het automatisch . Selecteer de aangeduide zone en kies
het vermogen .
2 .
Zet de kookpot in de gekozen bereidingszone en ga na of het één of
meerdere referentietekens op het oppervlak van de kookplaat bedekt .
* Als u deze positie gebruikt, verzekert u dat het voordeel van de maximale
vermogenoutput .
Let op: Bedek het display niet met accessoires .
Als er gereedschap op het display ligt, werkt het kookelement mogelijk
niet goed .
3 .
Zodra de zone is vastgelegd, wordt het scherm weergegeven zodat het
vermogensniveau kan worden geselecteerd .
4 .
Stel het gewenste vermogensniveau in door met uw vinger te drukken of
horizontaal te schuiven en bevestig met de toets "START" .
Het ingestelde vermogensniveau wordt weergegeven op het paneel van
de geselecteerde bereidingszone .
3
1 2
4 5
5
F
BOOST START
Elke kookzone heeft verschillende verwarmingsinstellingen, die gaan van "1"
(minimaal vermogen) tot "18" (maximaal vermogen) .
Op het scherm van het vermogensniveau kunt u ook de snelopwarmfunctie
selecteren, die op het scherm wordt aangegeven met de toets "Boost" .
Let op: Als de pan niet geschikt is voor een inductiekookplaat, als hij niet correct is
geplaatst of geen geschikte afmetingen heeft, wordt het volgende weergegeven:
"Geen pot gevonden in deze zone. " Als er binnen 30 seconden na de selectie geen
pan wordt geregistreerd, dan wordt de kookzone uitgeschakeld.
8
3
Speciaal
VOEG POT TOE
De kookzones uitschakelen:
Selecteer de kookzone op het display en druk op de toets "
Als de kookzone nog heet is, wordt de restwarmte-indicator
weergegeven op het betreffende paneel .
RESTWARMTE -INDICATOR
HEET
Wanneer het symbool "
"
HEET
betekent dit dat de betreffende zone nog heet is . Wanneer de kookzone
is afgekoeld, verdwijnt het symbool "
HEET
Speciaal
Als sommige zones nog heet zijn wanneer de kookplaat wordt uitgezet,
blijft een zichtbare waarschuwing weergegeven .
DE FLEXIBELE ZONE KIEZEN
De flexibele zone bestaat uit verschillende kookzones die worden
samengevoegd maar als een enkele zone worden bediend .
Om een flexibele zone te creëren:
Als de kookplaat het accessoire al heeft, geeft het display de beschikbare
zones weer, druk slechts op de toets "
Speciaal
VOEG POT TOE
Als u de zone handmatig wilt creëren, schuift u uw vinger over
het oppervlak en voegt u de gewenste zones samen, geleid door
richtinggevende pijltjes . Bepaalde combinaties zijn niet mogelijk door
hun vorm of omdat andere zones in gebruik zijn .
Speciaal
VOEG POT TOE
Om een flexibele zone te scheiden:
Wanneer u op de zone drukt, wordt een speciaal scherm weergegeven;
u kunt dan het symbool "
" selecteren, waarmee u de samengevoegde
zones kunt scheiden . De zones kunnen opnieuw afzonderlijk gebruikt
worden, met hetzelfde vermogensniveau .
3
Speciaal
Gebruiks- en Onderhoudsgids
wordt weergegeven op een kookzone,
" .
HEET
" om te bevestigen .
3
3
1 2
BOOST
3
3
" .
"
"
HEET
4 5
5
START
Speciaal