Elk deel in deze handleiding begint steeds met de naam van de optie in het hoofdmenu of het
submenu. De hoofdmenu-opties worden diapositief (witte letters in een zwart vlak) weergegeven met
de bijbehorende code waarmee de optie kan worden geselecteerd. Bijvoorbeeld:
Het optienummer kan alleen worden gebruikt wanneer een hoofdmenu-optie in het display wordt
weergegeven.
Wanneer u een configuratie-item selecteert, kunt de gegevens invoeren op een van de volgende vier
manieren.
• als een getal
• als een selectie uit een helpmenu
• Aan/Uit
• als een omschrijving
Overzicht
Bij het programmeren van de zones moet u een getal (het zonenummer) invoeren. De
besturingseenheid vraagt in dat geval om de invoer van cijfers; het aantal in te voeren cijfers herkent u
aan het aantal underscores ('_') dat in het display is weergegeven.
Zone
nummer-_ _
Overzicht
Bij het programmeren van b.v. de zones moet u een type invoeren. Dat kunt u doen door direct een
getal in te voeren of, wanneer u de toets ? indrukt, een van de weergegeven opties te selecteren.
Overzicht
Sommige programma-items kunnen alleen aan- of uitgeschakeld worden. U kunt hier ofwel de
waarde '0' of '1' invoeren of, wanneer u de toets ? indrukt, de opties Aan/Uit laten weergeven.
0=Uit
1=Aan
Over deze handleiding
De menutitel
Systeem grootte
Overzicht
Getallen invoeren
Hier moet een getal van 2 cijfers worden ingevoerd
Een item uit een help menu selecteren
Aan/Uit-opties
de helptekst bij het programmeren van items die alleen aan- of uit
geschakeld kunnen worden.
- 19 -
Optienummer
Code-01