Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Horizontale controle

1. Horizontale controle - lijnniveau
Voor de horizontale controle zijn 2 parallelle wandvlakken op een afstand van ten
minste 5 m nodig.
Monteer de LAX-50 op afstand S van 50 mm tot 75 mm van een wand A op
1.
F1
een horizontale ondergrond of op het statief met de voorzijde richting de
wand.
2.
Apparaat inschakelen.
3.
Het zichtbare laserstraalkruis op de wand A markeren (punt 1).
F2
4.
Het gehele laserapparaat ca. 180° draaien zonder de hoogte van het
F3
apparaat te wijzigen.
5.
Het zichtbare laserstraalkruis op de wand B markeren (punt 2).
6.
Laserapparaat nu direct voor wand B plaatsen.
F4
7.
Het apparaat zo in hoogte instellen dat de laserpunthoogte met
punt 2 overeenkomt.
8.
Zonder de hoogte van de laser te veranderen, draait u hem180°, zodat de
F5
laserstraal naar het merkteken op de eerste wand (stap 3 / punt 1 ) wijst.
Meet de verticale afstand tussen punt 1 en punt 3.
Daarbij mag het verschil niet meer bedragen dan:
2. Horizontale controle - helling van de laserlijn
De hellingshoek van de laser en de lijnrechte projectie
controleren
Middelpunt tussen punt 1 en punt 3 bepalen
en markeren (punt M)
Plaats het apparaat voor wand A - afstand X = 5m.
E1
Het apparaat met de horizontale laserstraal op punt M richten
Draai het apparaat 45°.
E2
De afstand laserstraal (= punt 4) ten opzichte van punt M mag niet bedragen dan 1,5 mm!
Draai het apparaat 90°.
E3
De afstand laserstraal (= punt 5) ten opzichte van punt M mag niet bedragen dan 1,5 mm!
E4
Maximale tolerantiewaarden
bij verschillende afstanden
Maximaal toegestane waarde
S
5 m
5,0 mm
10 m
10,0 mm
15 m
15,0 mm
X
Maximaal toegestane waarde
5 m
1,5 mm
10 m
3,0 mm
15 m
4,5 mm

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave