Alarmmodule
4.1
Bediening element
Op de printplaat is een af fabriek een codeerbrug aan de rechterkant ingevoegd.
Als deze naar links wordt verplaatst dan wordt een alarm geactiveerd wanneer terminal 6/7
wordt geopend. De potentiaalvrije alarmuitgang is ontworpen als een wisselcontact. Na het
indrukken van de bevestigingsknop, worden de alarmmeldingen onderbroken.
5.0
In acht te nemen
De alarmgever op klem 6/7 moet potentiaalvrij zijn.
De alarmuitgang op klem 1/2 is met 1A gezekerd.
De aansluitingen (kabelschoenen) op de batterij mogen niet worden omgedraaid.
Voor transport en opslag is de plug + van de batterij verwijderen en het contact op de batterij
met de meegeleverde "gele" tule isoleren.
Bij de inbedrijfstelling moet dan de verbinding weer tot stand worden gebracht.
De inbedrijfstelling moet worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien.
Kennisgeving!:Er was een hardware matige wijziging van de alarmuitgang. De externe
alarmzender op de klem 1-2, indien gebruikt, wordt uitsluitend gevoed door de accu. De
transformator wordt exclusief gebruikt voor laad onderhoud.
Bij gebruik van een alarmmeldingsapparaat op de alarmuitgang, mag de uitgang niet langer
dan 30 minuten met 1A belast worden.
6.0
Aansluitingen
Klem
PE / N / L1 = netaansluiting
Klem
1/2
Klem
3/4/5
Klem
6/7
GEVAAR veroorzaakt door gevaarlijke spanning!
Door onjuist handelen bij werken aan elektriciteit dreigt levensgevaar door elektrische
spanning. De elektrische aansluiting dient overeenkomstig de geldende-voorschriften te
worden uitgevoerd door een erkend elektrisch installateur.
AQUASIG AS1- NA-1.2
Alarmuitgang 12 V / DC max. 1A (1 = plus, 2 = min)
Potentiaalvrije alarmuitgang (3/4 gesloten bij alarm)
Alarmingang moet zijn aangesloten (potentiaalvrij)