Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

GEP 402211 Handleiding pagina 6

Inhoudsopgave

Advertenties

1.5 Montagehandleiding drukdompelpomp & Ontluchting
fig. 1
fig. 2
fig. 3
© GEP
www.regenwater.com
De drukdompelpomp is slechts toepasbaar indien aan alle onderstaande
randvoorwaarden voldaan wordt :
spanning 230 V 50 Hz
pomp ten behoeve van schoon water opgeslagen in een tank
pomp ten behoeve van schoon water dus geen andere agressieve vloeistoffen
maximale watertemperatuur 35°C
maximale waterdiepte 20 meter
1. Plaatsing van pomp
de pomp dient stevig op de bodem van bodem geplaatst te worden
de pomp dient vastgezet te worden met behulp van een staaldraad zodat deze
niet kan omvallen en voor het plaatsen van de pomp in de put / uitnamen van
de pomp. (staaldraad is onderdeel van het additioneel leverbare aansluitset)
aan de bovenzijde van de pomp bevindt zich een beugel voor bevestiging van
de staaldraad aan de pomp. zie figuur 2.
de andere zijde van de staaldraad dient aan de bovenzijde van de tank
bevestigd te worden. Bij voorkeur bij of in de schacht. Zo kan de pomp
eenvoudig uit de tank gehesen worden voor inspectie.
de pomp dient onder alle omstandigheden met water gevuld te zijn
de leidingen mogen niet geknikt zijn en niet langs andere delen schuren
de kabel dient vanaf de tank naar het betreffende pand aangelegd te worden.
Gebruik hiervoor bij voorkeur een mantelbuis.
2. Aansluiten pomp
Let op !
in de leiding terecht komen. Om dit te verhelpen dient men de leiding voor de
uiteindelijke aansluiting op de pomp door te spoelen met water.
voor aansluiting van de pomp minimaal 1" aansluitingen
de pomp dient op de bodem te staan, dus niet aan de aansluitleidingen te
hangen
om beschadiging van de elektrokabel te voorkomen dient deze kabel bij
voorkeur met kabel-verbinders aan de persleiding verbonden te worden.
Hanteer hiervoor bijvoorbeeld tierips met een onderlinge afstand van 50 cm.
3. Aansluiting perszijde aan pomp.
Aan de bovenzijde van de pomp (zie figuur 2) bevind zich de 1" binnendraad
aansluiting van de persleiding. Deze dient aangesloten te worden op het
regenwaterleidingnetwerk van de woning. Zorg ervoor dat de leiding diameter
minimaal 1" is en geschikt voor een druk van minimaal 8 bar.
4. Aansluiten zuigzijde aan pomp
De pomp heeft aan de onderzijde twee aansluit-punten ten behoeve van de
aanzuigleiding. zie figuur 3. Bij vrijwel alle systemen is één aansluitpunt echter
voldoende. U kunt afsluitpunt 2 afdoppen met een 1" dop.
Uitzondering
systeembesturing van het type IRM® -S.
Bij toepassing van deze twee typen systeembesturing dient zuigleiding 2 niet
afgedopt te worden ! Aanzuigleiding 2 dient dan aangesloten te worden op de
betreffende aansluiting op de besturingskast. (zie handleiding IRM® -S)
De aanzuiging dient bij voorkeur te geschieden met een drijvende aanzuiging. zie
figuur 1. Deze aanzuiging dient aangesloten te worden op het aanzuigaansluitpunt
dat naar het midden van de tank gericht is. De slang dient zodanig aan de pomp
gemonteerd te worden dat de draaiing van de slang er voor zorgt dat de slang
zichzelf naar boven richt. Let op dat de slang zich vrij kan bewegen en nergens
langs schuurt of aanstoot.
www.gep-rainwater.com
Bij de montage en bewerking van de leidingen kan er vuil en slijpsel
hierop
zijn
systemen
Tel. NL : 0183-610520
die
uitgerust
BE : 089/23.80.08
info@regenwater.com
zijn
met
een

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave