INTERNE SIRENES
Bij/Af Sirene >
4. Druk op .
5. Als u expanders gebruikt, drukt
u op u of n om de expander te
selecteren waarmee de sirene moet
communiceren. Daarna drukt u op .
De volgende melding verschijnt:
BIJ/AF SIRENE
Int. SIR 01 >
6. Als u meer dan één sirene gebruikt,
druk u op u of n om het nummer
(naam) van de sirene te selecteren. Er
wordt een * links van de naam weer-
gegeven, als de sirene reeds bekend is
in het systeem.
7.
Druk op om het volgende weer te
geven:
Activeer
Sirene sabotage >
8. Druk op de sabotageschakelaar voor de
sirene. Na enkele seconden ziet u:
BIJ/AF SIRENE
Sir toegevoegd SS:
9. De waarde in de tweede regel geeft de
veldsterkte aan (1-9).
10. Druk op . Nu heeft u de sirene toege-
voegd en de systeem kent de identiteit
van de sirene.
11. Als de sirene uit het systeem moet
worden verwijderd, herhaalt u het
proces, maar u kiest desgevraagd voor
het wissen van de sirene.
Opmerking: Zie voor meer details over de
opties voor installateurs het bijbehorende
technische handboek.
Stap 5: Eigenschappen bewerken
Als u de naam van de sirene wilt wijzigen,
de sirene aan een andere partitie/groep wilt
toewijzen of het volume wilt wijzigen, kiest
u Detectors/App, Interne sirs, Wijzig sir .
InstallatIehandleIdIng
Stap 6: Sirene monteren
Bevestig de achterplaat van de sirene
met de sleutelgatvormige bevestigings-
openingen bovenaan aan de muur of
montagedoos.
Als u een externe 12Vdc-voeding gebruikt,
sluit u deze aan op het aansluitblok (zie
afbeelding 1).
Plaats de voorplaat terug en zet deze vast
met de schroeven.
Stap 7: Veldsterkte bevestigen
1. In het Installateurmenu kiest u Test,
Veldsterkte, Interne sirs .
2. Als u meer dan één sirene gebruikt,
druk u op u of n om de sirene te
selecteren.
De veldsterkte wordt weergegeven aan
het einde van de tweede regel:
VELDSTERKTE
In dit voorbeeld is er 9 gemeten met een
als laagste geregistreerde waarde 8.
9
9 is de hoogste gemeten waarde. 5 of
hoger is goed, 3 tot 4 is marginaal en 2
of lager is niet meer acceptabel.
De waarde wordt bijgewerkt als de
status van de sabotageschakelaar
wijzigt, de externe voeding in- of
uitgeschakeld wordt, om de 10 seconden
als de sirene een geluid maakt en anders
om de 4 minuten.
Opmerking: Als u de werking van de sirene
wilt testen, kiest u Test, Sirs & zoemrs,
Interne sirs .
Werking van de LEDs
Als u de sirene op de batterijen aansluit,
geeft het aantal flitsen van de rode en
groene LEDs het nummer van de firm-
wareversie aan. Zo geeft één flits rood en
twee flitsen groen de versie 1.2 aan.
12636652 april 2016 www.eaton.com
Int. Sir 01 9(8)
3