Ingebruikname
In- en uitschakelen (Afb. 1)
•
Controleer voordat u de in-/uitschakelaar indrukt, of de schaaf-messen correct zitten, onverhin-
derd kunnen bewegen en de bladklemschroef vastgedraaid is.
•
Steek de stekker in het stopcontact. Om de schaaf in te schakelen drukt u op de ontgrendel-
knop (2) en drukt u de aan-/uitknop (3) in.
Let op!
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht voordat u de schaafmachine gebruikt. Stel
een geschikte schaafdiepte, de juiste schaafsnelheid en de oppervlaktebehandeling in. Voor grof scha-
ven kan de schaafdiepte worden vergroot, voor fijn schaven moet de schaafdiepte worden verkleind en
het schaafvlak langzamer over het werkstuk worden bewogen.
Schaven
1.
Plaats het apparaat met de voorste plaat plat op het oppervlak van het werkstuk. De schaaf-
messen mogen ze echter nog niet raken.
2. Schakel de machine in en wacht totdat de schaaf-messen de hoogste snelheid hebben bereikt.
3. Beweeg het apparaat voorzichtig naar voren en oefen er wat druk op uit.
4. Beweeg het apparaat langs de rand van het werkstuk. Daarbij mag het echter niet naar beneden
gekanteld worden.
5. De schaafsnelheid en de -diepte bepalen hoe het oppervlak van het werkstuk wordt bewerkt.
Als het werkstuk grof geschaafd moet worden, kan de schaafdiepte worden vergroot; voor een
zorgvuldige bewerking dient de schaafdiepte verkleind en het gereedschap langzamer bewogen
te worden.
Let op!
Het schaven gaat gemakkelijker als u het werkstuk iets naar voren kantelt, zodat u naar
beneden kunt schaven.
Waarschuwing!
•
Als de machine te snel wordt verplaatst, krijgt u een slecht resultaat en kunnen de schaaf-
messen of de motor beschadigd raken. Als de machine te langzaam wordt verplaatst, kan het
oppervlak verschroeid of bekrast raken.
•
De juiste schaafsnelheid hangt af van het materiaal van het te schaven stuk en de schaafdiepte.
Oefen eerst op reststukken, zodat u een gevoel voor de juiste snelheid en diepte kunt ontwik-
kelen.
•
Zet het werkstuk op de werkbank met klemmen vast.
Onderhoud
Vervangen van de aandrijfriem
•
Uitbouwen van de oude riem:
Verwijder de beschermkap van de aandrijfriem door de bevestigingsschroef los te draaien.
◦
Draai de aandrijfriemschijf langzaam met één hand naar voren (draag handschoenen!) en
◦
trek de aandrijfriem met de andere hand naar buiten totdat deze van de katrol valt.
•
Montage van de nieuwe riem:
De nieuwe riem wordt in omgekeerde volgorde gemonteerd.
◦
Koolborstels en kabel
•
Versleten koolborstels moeten in paren worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele bor-
stels.
•
De kabel mag uitsluitend door een gekwalificeerde elektricien worden vervangen, zodat het
apparaat veilig kan blijven werken.
https://www.XPOtool.com
The Tool Experts
Artikel 63123
pagina 9
05
2022-1