Veiligheid
Beoogd gebruik
De machine is bedoeld als tuinhakselaar voor het klein maken van
plantenresten.
Elk ander gebruik geldt als niet-beoogd gebruik. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor schade die uit zulk niet-beoogd gebruik
voortvloeit. De gebruiker is volledig verantwoordelijk voor dergelijke
schade.
Tot het beoogd gebruik behoort ook het opvolgen van de door de
fabrikant voorgeschreven voorwaarden voor gebruik en onderhoud.
Mogelijke verkeerde toepassingen
Met name is het verboden:
een verkeerde netspanning te gebruiken
de hakselaar met meerdere personen te bedienen
Metaal- of kunststof stangen te gebruiken om het materiaal in de
hakselaar te duwen Verhoogd gevaar op letsel of!
lange takken uit de trechter te laten steken Gevaar op letsel door
zweepslag!
te lange verlengsnoeren te gebruiken. Vermogensafname.
de messen van de messenschijf te slijpen. Gevaar op onbalans!
Bekwaamheid van personeel en gebruikers
Personen met beperkte lichamelijke of geestelijke vermogens of
personen die niet goed kunnen zien of horen of onvoldoende
ervaring of kennis hebben, mogen de machine niet gebruiken, tenzij
zij bij het gebruik en de opleiding onder toezicht staan van een
persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Jongeren die nog geen 16 jaar oud zijn mogen de machine niet
bedienen.
Het reactievermogen van de gebruiker mag niet beïnvloed zijn door
bijvoorbeeld drugs, alcohol of medicijnen.
Personen die de machine bedienen moeten geoefend zijn in het
gebruik van de machine.
Personen die de machine bedienen moeten de gebruiksaanwijzing
goed kennen.
Veiligheidsinstallaties
Verwijder tijdens het bedrijf geen afdekplaten.
Repareer beschadigingen aan veiligheidsinstallaties direct.
Vereiste veiligheidsvoorzieningen tijdens het bedienen
Stevig schoeisel
Strak zittende kleding
Gehoorbescherming
Veiligheidshandschoenen
Gezichtsbescherming
Volg verder de algemene voorschriften voor het vermijden van
ongelukken op.
Hoe te handelen bij gevaar
1. Sta meteen stil
2. Zet de motor uit
3. Trek eventueel de stekker uit het stopcontact
4. Verhelp de gevaarlijke situatie
Milieubescherming
Oliën en vetten moeten volgens de wettelijke voorschriften
gescheiden worden afgevoerd. Zorg dat deze materialen niet in het
milieu komen.
Verpakkingsmateriaal kan worden hergebruikt. Breng
verpakkingsmateriaal naar een recyclingbedrijf.
Oude apparaten bevatten waardevolle materialen die na recycling
hergebruikt kunnen worden. Deze kunnen via een geschikt
recyclingbedrijf worden afgevoerd.
Onderhoud
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden en werkzaamheden voor
het oplossen van problemen mogen uitsluitend bij uitgeschakelde
aandrijving en stilstaande motor worden uitgevoerd.
De machine mag niet met een hogedrukspuit worden gereinigd
(gevaar op kortsluiting en andere beschadigingen).
Tuinhakselaar
Uit het Duits vertaalde gebruiksaanwijzing
Volg de plaatselijke regelgeving op voor het bedrijfsmatig gebruik
van mobiele apparaten.
Draag bij werkzaamheden aan de machine altijd geschikte
handschoenen en gebruik het juiste gereedschap.
Gebruik uitsluitend originele onderdelen van de fabrikant.
Veiligheidskenmerken
Deze waarschuwingsstickers op de machine wijzen op mogelijke
gevaren en helpen hiermee ernstig letsel of schade aan eigendommen
te voorkomen. Als er stickers verdwenen zijn of onleesbaar geworden
zijn, kunt u contact opnemen met uw Remarc-dealer voor vervangende
stickers.
Lees de gebruiksaanwijzing en de veiligheidsaanwijzingen
goed door voor de machine in gebruik te nemen.
Gevaar door weggeslingerde voorwerpen bij draaiende
motor. Houd een veilige afstand van 3 meter aan.
Maak tijdens bedrijf de veiligheidsvoorzieningen niet open
en verwijder ze ook niet.
Zet de motor uit en haal de stekker uit het stopcontact
voordat u de machine repareert, onderhoudt of schoon
maakt.
Draag werkhandschoenen.
Draag tijdens het werken altijd gehoor- en
gezichtsbescherming.
Gebruik bij regen en andere neerslag is verboden.
Algemene bronnen van gevaar
Gebruik en bediening
Controleer voor het gebruik of de machine in de juiste toestand is
voor een veilig gebruik.
De machine mag alleen voor het beoogde gebruik worden gebruikt.
De machine mag niet in afgesloten ruimtes worden gebruikt.
De machine mag alleen op de in de gebruiksaanwijzing vermelde
ondergrond worden gebruikt.
De machine mag alleen gebruikt worden door personen die getraind
zijn in het gebruik of hebben laten zien te weten hoe de machine
moet worden gebruikt en expliciet opdracht hebben gekregen de
machine te gebruiken.
Bij het starten van de motor mogen zich geen andere personen in
de buurt van de machine bevinden.
Alle veiligheidsvoorzieningen moeten juist aangebracht zijn en
functioneren.
De machine mag nooit onbewaakt worden gelaten.
Bij het verlaten van de machine moet de motor uit worden gezet en
moet ervoor worden gezorgd dat de machine niet door
onbevoegden in beweging kan worden gezet.
De persoon die de machine bedient, is verantwoordelijk voor
ongelukken met derden of hun eigendommen.
Nederlands
-4